12.
eene benoeming van Melsen zou hebben verklaard.
De VOORZITTER deelt mede,dat de heer Ridders hem heeft ge
zegd, dat Melsen de beste van allen is. Spreker beviel het echter
niet,dat de zaken op het Bureau Melsen nooit geheel in orde waren;
hij heeft daar-mmm steeds op meer controle aangedrongen,maar had
overigens nooit eenig houvast,omdat hem door niemand iets werd
gezegd, ook niet door den heer Verhei jen,die toch wel iets wist.
De heer VALKENBURG zegt; "Wij wisten het allemaal".
De VOORZITTER herhaalt,dat hij het betreurt,dat niemand ooit
iets heeft medegedeeld aan den Secretaris of aan hem. In verband
met de zooeven gedane mededeeling,dat er ook nog met andere ambte
naren iets zou zijn,verzoekt spreker hier namen te noemen,of wel
hem,persoonlijk,die namen te komen opgeven.
De heer VOETEN vraagt om welke redenen de afdeelingschef
gedegradeerd is.
De VOORZITTER zegt dat de heer Raaijmaakers een paspoort
heeft gestoken in de blouse van een dame in plaats van haar dat
p%poort over te reiken en dat Raaijmaakers hierdoor zichzelf on
mogelijk heeft gemaakt afdeelingschef te blijven.
De heer VERHEIJEN merkt op,dat hij het is geweest,die hier
op heeft gewezen.
De VOORZITTER deelt mede,dat de feiten,door Raaijmaakers
gepleegd,geen feitelijke aanranding der eerbaarheid zijn,en dat
als strafmaatregel tegen genoemden ambtenaar twee afdeelingen der
hulpsecretarie zijn gecombineerd om te voorkomen,dat hij ooit al
leen op het bureau zou zijn.
Spreker zegt,dat de gemeente geltftkkig ook no|j veel goede
ambtenaren heeft,die hard werken.
De