heeft ten bewijze daarvan inzage van zijne boeken gegeven. Spreker kan overigens mededeelen,dat een^ normaal steunbedrag van f 20,- per week tot de fantaisie behoort. De heer TIEBACKX zegt ook zeer begaan te zijn met het lot der slachtoffers die hier gevallen zijn zonder dat zij daaraan iets kunnen dóen. Als wij het niet beter wisten,zegt spreker,zouden wij in verzet komen bij Onzen Lieven Heer,dat wij die menschen (vrouwen en kinderen) slaan die er absoluut geen schuld aan hebben. Maar juist om den ernst der zaak wil spreker aanbevelen hier flink en degelijk op te treden. Naar sprekers meening moet men hier niet trachten te ver goelijken of gaan spreken over geweldige praestaties en geweldige bereikte voordeelen; spreker is op dat punt in het geheel niet enthousiast. De bedragen,welke verduisterd zijn,leggen voor spreker geen gewicht in de schaal; de schade is trouwens naar zijne meening niet te berekenen. Doch spreker is van oordeel,dat een ambtenaar die op een verantwoordelijken post staat, en zich bindt in trans actie's ten eigen bate of om eens fijn uit te gaan^niet meer vrij staat tegenover andere dingen. Ook spreker is het gebeurde eiy tegen gevallen. Hij heeft steeds gemeend dat de heer Ridders altijd een eerlijk mensch was,het tegendeel is hem nu gebleken. Men be hoeft, zegt spreker,op den rechter of het scheidsgerecht niet vooruit te loopaa,de feiten zijn er;er is misbruik gemaakt van positie. Spreker wil thans aan den heer Valkenburg dezelfde vraag stellen,die ook de heer Leeuw reeds deed. Het door den heer Valken burg daarop gegeven antwoord dat hij niets geweten heeft,is voor hem

Raadsnotulen

Roosendaal: besloten, 1851-1916, 1919-1935 | 1934 | | pagina 13