De heer LEEUVf zegt,dat hy principieel tegenstander is van byzonder onderwys en dat hy zich daarom van deelneming aan de besprekingen zal onthouden,ofschoon hy voor het door de Zusters gegeven onde/twys veel waardeering heeft. De heer RIDDERS vraagt of de heer Leeuw zich dan misschien met het voorstel kan vereenigen voor den tyd,dat de S.D.A.P.nog niet bestond. De heer LEEUW herhaalt,dat hy zich zal onthouden -van mede werking. De heer TIEBACKX zegt,dat hy het Jammer zou vinden als het besluit niet met algemeene stemmen werd genomen. Als men waardee ring heeft voor zaken,waarmede men het principieel niet eens is, kan er toch geen bezwaar bestaan om van die waardeering te doen blyken. Zoo zou spreker als ée heer Leeuw 25 jaar lid van den Raad was gaarne dezen een geschenk aanbieden. De "KêêRZITTER zegt het eens te zyn met de zienswyze van den heer iiebackx..Hy verzoekt den heer Leeuw te overwegen,dat er zaken zyn,die boven de politiek staan. De heer LEEW zegt uit organisatorich oogpunt vry te staan tegenover deze zaak. Hy kan zich indenken,dat de Raad algemeene qiedewerking zal apprecieeren en zal zioh daarom niet tegen het voorstel verzetten. De heer ROMSOM merkt nog op,dat de Eerw.Zusters de gemeente in den loop dér jaren vele kosten hebben bespaard. Het voorstel van den Voorzitter,zooals dat is geamendeerd door den heer Broos,wordt vervolgens zonder hoofdelyke stemming aangenomen. ^e heer KONINGS stelt voor,waar dit geschenk eene verrrassing moet blyven,het genomen besluit geheim te houden. Zonder hoofdelyke stemming wordt hiertoe besloten. De heer DE BRUYN zegt te weten,dat de Zusters hebben te ken nen gegeven,dat de grootte van een geschenk by hen geen waarde heeft en dat alleen de geste door hen wordt gewaardeerd. De VOORZITTER eegt.dat hiem.de »i word9n r9kening en sluit hierna de vergadering. De Secretaris, De Voorzitter,

Raadsnotulen

Roosendaal: besloten, 1851-1916, 1919-1935 | 1932 | | pagina 9