VERGADERING VAN DONDERDAG,, 19 MEI 1952. Geopend te 2-| uur des^namiddags. Voorzitter:de heer Mr.G.A.Prinsen,Burgemeester. Tegenwoordig met don Voorzitter de heeren J.Ridders en G.J.Konings, wethouders ,en de heeren M.P.van Overve ld,H.Leeuw,A.Smits,L.Thenïiisse, J.W.Vermunt,A,C.van Osta,Dr.J.P.M.van Gilse,F.C.C.Broos,P.H.van't West- ende,H.C.Welling,J.A.Voeten,A.P.Romsom,Th.P.Tiebackx,J.Verheyen,C.A.Val- kenhurgAC.Wa 1 ravens en A.J.M.de Bruyn,leden. Secretarisde heer A.A.Rademakars De VOORZITTER zegt,dat hy eenige mededeelingen heeft te doen,die beter in besloten vergadering kunnen geschieden. Hy zegt,dat verschillende poomoties by het politiekorps by den Raad een zekere ontstemming hebben gewekt,'dat aanleiding gaf tot het schryven van een brief aan den Commissaris der Koningin. Dit schryven heeft spreker om advies ontvangen,waarom hy met de betrokkenen hieromtrent «ene bespre king heeft gehouden en ook de voorgeschiedenis heeft nagegaan. Spreker zegt den indruk te hebben gekregen,dat do meeste promoties werden verleend,omdat de betrokkenen reeds lang in dienst waren. Hy wyst er op,dat de financieele consequenties van deze promoties de eerste jaren niet veel beteekenen. Bovendien zyn eenige politiebeambten kort by den pensioengerechtigden leeftyd,tengevolge waarvan de kostender politie binnen kort toch lager zullen worden. Spreker heeft zich afgevraagd of het gewenscht is bedoelde promoties ongedaan te maken. Ter voorkoming van ont^emming onder het politieper soneel en ten einde te voorkomen,dat dit zyn prestige verliest, meent spreker,dat zulks niet is aan te bevelen. Hy is dan ook van oordeel,dat hot gewenscht is den Commissaris dér Koningingf te berichten,dat het bevorderingsbesluit zal worden gehaddhaafd. De heer VERHEIEN zegt,dat het hem genoegen doet,dat de Voorzitter den Raad de gelegenheid geeft zioh te uiten,alvorens advies aan den Com missaris der Koningin wordt uitgebracht. Spreker zegt,dat de vorige Burgemeester de gelegenheid heeft aan gegrepen ok een massale bevordering by de gemesnte-politie door te voeren, waarover by den Raad ontstemming is ontstaan. T8g8n redelyke promoties, zegt sprekerheeft de Raad geen bezwaar,doch het valt spreker moeilyk

Raadsnotulen

Roosendaal: besloten, 1851-1916, 1919-1935 | 1932 | | pagina 5