Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten deze zaak in
comité-generaal te behandelen.
De heer VERHEIJEN zegt, dat hij in deze quaestie goed is ingewerkt
en dat hij niet als woordvoerder van wie ook optreedt. De voorstellen, die
hij vroeger in deze deed kwamen voort uit het verlangen der gemeente te
behoeden voor een langdurig proces.
Over de door Burgemeester en Wethouders gegeven toelichting is
spreker vol lof, wat echter niet wegneemt,dat hij op eene vergissing meent
te moeten wijzen, omdat onder de gronden, waarop de Erven De Waal hun
rechten baseeren, niet is vermeld het recht van verjaring, terwijl zij
zich verder beroepen op het verschil in grootte van den grond volgens de
stukken en de werkelijke grootte.
Spreker zegt te vreezen, dat ds vertegenwoordiger^der gemeente bij
het voorgestelde accoord zich te veel heeft laten leiden door het daarin
gelegen geldelijk voordeel en zich niet voldoende rekenschap heeft gege
ven van de moeilijkheden, verbonden aan het in veil<& haven brengen hier
van, n.1. het verkrijgen van de goedkeuring van den kantonrechter en van
Gedeputeerde Staten. Het is sprekers meening,dat zoolang niet de waarde
wordt gegeven,waarop de rechten der erven De Waal. door de deskundigen
zijn geschat, de kantonrechter zijne toestemming niet zal verloenen.
Spreker meent, dat, wanneer de procedure door de gemeente zou
worden gewonnen, de positie der gemeente toch nog niet rooskleurig zal
?ijn. De economische positie der gemeente is, zegt spreker, zoodanig, dat
de groote meerderheid van den Raad wel niet zal besluiten tot verbreeding
van de haven, waaraan geene behoefte blijkt te bestaan. De ervaring op
gedaan met Baaijens doet niet meer naar eene taxatie door deskundigen
verlangen.
Wanneer de gemeente ernstig van dit proces af wil zijn r«£dfc spreker
aan,dat de gemeente zich in verbinding zal stellen met haren rechtskun
digen raadsman tot het doen afstand van de instantie.
De heer F.BROOS zegt lid te zijn geweest van de voor deze zaak in
gestelde raadscommissie en als zooda -ig het -wel en wee dezer zaak te heb
ben meegemaakt. Spreker 7egt,dat hij het heeft afgekeurddat de heer Ver-