5h3)
van reclamanten gezien te hebben,omdat hij meent,dat zij wel
voor vermindering in aanmerking komen,doch meent ook,dat die
vermindering in iets anders moet gevonaen worden,dan ver
laging van de huurwaarde,daar hij deze niet te hoog geschat
vindt
De VOORZITTER doet uitkomen,dat de huurwaardewaar
het hier over gaat,niet de gewone huurwaarde van het pand is,
doch de gewone huurwaarde van de dranklocaliteit in verband
met den drankomzet;hij zegt er zich wel over verwonderd te
hebben,dat de schatter zoo maar direct heeft geadviseerd aan
het verzoek van reclamanten te voldoen,daar hij Joch ook de
eerste sciiatting volgens overtuiging en met kennis van zaken
moet hebben gedaan.
De heer RIDDERS doet uitkomen,dat niettegenstaande
het door den Voorzitter opgemerkte het toch mogelijk blijft,
dat die schatter bij nader onderzoek omtrent een of meer
gevallen tot eene andere conclusie komt,zooals thans het ge
val is. Kij geeft daarom in overweging het door Burgemeester
en Wethouders gedane voorstel aan te nemen.
Bij de hieropvolgende stemming wordt het voorstel van
Burgemeester' en Wethouders met 8 tegen 7 stemmen aangenomen.
Voor stemmen de heeren Ridders, Voeten, Vermunt, Rom-
som, Van den Kerkhof, Smoor, Jongenelenden Koningstegen
de heeren F.Broos, Damen, J.Broos, Van Nassau, Braakhuis,
Van Overveld en Ignatius.
IJ. BESLISSING IN ZAKE DEN EXECUTORIALEN VERKOOP VAN EEN
MET GEMEENTELIJKE HYPOTHEEK GEBOUWD PAND. (prae-advies no.
De VOORZITTER deelt mede,dat uit het van de advocaten
De Grooth en Schuur te Rotterdam ingekomen schrijvenmmet
betrekking