heeft,omdat in Utrecht een dergelijke fabriek op werk zit te wachten en omdat er zooveel andere plaatsen zijn waar een dergelijke industrie heter kan worden gevestigd. De heer RIDDERS 2Sgt,dat de besprekingen hem verrassen; omdat steeds on de vestiging van industrie is aangedrongen. Spreker heeft zich in geweten verplicht geacht zijne mede werking te verleenen. Hij is hierbij niet lichtvaardig te werk gegaan,waarom hij bij industrieelen inlichtingen heeft ingewonnen. Een dezer vond de plannen uitvoerbaardoch de voorwaarden voor de gemeente zwaar en was van oordeel,dat spreker zich niet kon onttrekken aan medewerking. Tot den heer Voeten zegt spreker,dat hij er voor dankt om alleen met particulieren grondeigenaren besprekingen te voeren over grond aankoop. De heer BRAAKHUIS vraagt wie die oarticulieren zijn, waarmede de Wethouder besprekingen heeft gevoerd. De heer RIDDERS zegt dat zijne bedoeling alleen is geweest zich er over te orienteeren of de mogelijkheid be - staat,dat bedoelde industrie hier zou komen en of deze in het belang van Roosendaal zou zijn. De heer VERMUNT zegt,dat de heer Ridders moest weten voor wie hij besprekingen voerde. De heer RIDDERS zegt,dat wanneer de gemeente mede werking wilde verleenen men toch diende te weten,onder welke voorwaarden de benoodigde gronden zijn te verkrijgen. Spreker heeft eene machtiging van Burgemeester en Wethouders om deze onderhandelingen te voeren, De heer Valkenburg zegt een schrijven te hebben ont vangen,waarin toelichtingen worden gegeven. De VOORZITTER zegt een schrijven op deze zaak betrek king hebbende niet te hebben gekregennoch verzonden. De heer RIDDERS zegt,dat het bedoelde schrijven ook aan

Raadsnotulen

Roosendaal: besloten, 1851-1916, 1919-1935 | 1928 | | pagina 9