aan Burgemeester en Wethouders is gezonden. De VOORZITTER zegt het vreemd te vinden,dat dit zóó is gebeurd;de toezending had hehooren te geschieden langs Burgemeester en Wethouders deze hebben dit stuk wel gehad, doch er wordt geen prijs de gronden in genoemd. Hij acht het noodig,dat geweten wordt wat de grond kost vóór hij verder gaat. De heer VALKENBURG zegt,dat hij heeft getracht deze quaestie te beschouwen los van het voorstel van den heer Verhei jen. Wanneer de Raad meent,dat het noodzkftelijk is, dat hier industrie komt moet de gemeente er ook voor zorgen, dat er industrie terreinen beschikbaar zijn. De gemeente dient de industrie naar Roosendaal te lokken en daarvoor moet de gemeente reeds nu onderhandelen over de prijzen der terreinen. Spreker vindt de nu gevraagde prijzen woeker in het kwadraat. De VOORZITTER zegt,dat de gemeente hieraan zelf wel eenige schuld heeft,doordat in de commissie voor werkver ruiming personen buiten den Raad zijn genomen,die,doordat zij geene verantwoordelijkheid aan de gemeente hebben,hier van misbruik hebben gemaakt. Spreker acht het ook noodig,datafgescheiden van de aanhangige zaak,de gemeente weet op welke wijze zij in de toekomst terreinen zal kunnen beschikbaar stellen. Er is onder de leden niemand,die thans over de rentabiliteit van electrische smeltovens een oordeel ban velleb,doch voor de toekomst is het noodig dat de gemeente wete of zij terreinen zal kunnen aanbieden. De heer KONINGS vindt het verkeerd,dat juist cffe duurste terreinen zijn uitgekozen. De heer VERHEIJEN zegt,dat de Raad thans in een vicieus eikeltje loopt.. De heer JONGENELEN zegt,dat dit schuld is van den heer Verheijen,omdat de Raad nu nog niet weet met wie hij moet onderhandelen

Raadsnotulen

Roosendaal: besloten, 1851-1916, 1919-1935 | 1928 | | pagina 10