5- 2. er nieta anders geweest is dan eene dictatuurdat de Commissie van overleg wel iets heeft mogen zeggen,doch daarmede geen reke» ning is gehouden,dat zulks geheel is tegen de lijn van de demo cratie en hij niet kan begrijpen,dat arbeidersvertegenwoordigers zoo iets hebben durven en willen tolereeren. Spreker zegt,dat het aanvankelijk gedane voorstel van 10$ salarisvërmög&sring heel wat beter was geweest voor het gemeente-personeel,waarvan er thans zijn die f 1000,- - f 1500,- achteruitgaan, - wat voor hen niet minder dan een ramp zal zijn - ,dat de loonen thans voorgesteld allerminst overeenkomen,met wat ook op het Katholiek gemeente- progaam als rechtvaardig loon wordt bedoeld,dat de particuliere werkgevers daarmede wel in de handen zullen Jxlappen,omdat,waar de gemeente wordt beschouwd als model-werkgeefster, ook zij de loonen 'in het particuliere bedrijf dan weer omlaag kunnen brengen. Hij zegt dat hij tot het tot stand brengen van eene loonregeling als voorgesteld niet kan medewerken,en dat,waar ge zegd wordt dat de salarissen van het gemeente-personeel niet als sluitpost van de begrooting beschouwd gorden,dit bij het thans gedane voorstel absoluut wel het geval is. De heer VALKENBURG zegt op het door den heer Jongenelen gezegde alleen te willen antwoorden,dat deze wel veel beweert doch niets bewijst,en dat het een daad van wijs beleid blijkt geweest te zijn de voorstellen in comité-generaal te behandelen, daar de heer Jongenelen in publieke vergadering zich nog wel meer demagogisch zou hebben uitgelaten. Spreker zegt,dat noch hij zelf,noch de salariscommissie volstrekt geen aanslag willen plegen op de beètèansmogelijkheid der ambtenaren en wijst daar toe op de door de Commissie voorgestelde overgangsnota,volgens welke ieder ambtenaar bij den Raad kan aankloppen. Hij wil den heer Jongenelen in herinnering brengen,dat ook meerdere gemeen tebesturen,die diens richting zijn toegedaan o.a. Amsterdam even eens tot salarisverlaging zijn moeten overgaan,omdat zij zich ver antwoordelijk voelden,en dat het wel gemakkelijk is voor behoud der tegenwoordige loonen te pleiten,als men er zich daarvoor niet verantwoordelijk gevoelt. Spreker zegt^zich met den inhoud van het rapport volkomen te kunnen vereenigen,omdat hij en meerdere leden met hem er van overtuigd zijn,dat er lijn in zit,ook al val len sommige cijfers wat minder gunstig uit. Hij brengt nog in het midden,dat er wel degelijk mondelinge en daarna ook schriftelijke gedachtenwisseling is geweest met de Commissie voor georganiseerd overleg en dat uit deze laatste blijkt,dat met verschillende op merkingen der Commissie is rekening gehouden. De heer HEERMA VAN VOSS zegt niettegenstaande de door den heer Valkenburg gedane medeèeelingen bij zijn voorstel te moeten blijven om de voorstellen tot een volgende- of eene daarvoor ex pres te beleggen vergadering aan te houden. De heer VALKENBURG verlaat de vergadering. De heer ROMBOUTS brengt in het midd en,dat waar de heer Valkenburg aanhaalt,dat b.v. ook te Amsterdam eene loonsverla ging plaats vindt,het grootste aantal van de loonen der arbei ders aldaar nog niet onder de f - komt,terwijl hier de loonen nooit op peil hebben gestaan. De heer JONGENELEN brengt in vergelijking met elkaar het salaris van een hoofdcommies te Helmond,dat f IlOOO, - e f 5200, - en te Bussum,dat f ij.000, - - f 5000,- bedraagt met het salaris van dien ambtenaar alhierhetwelk f 5150,- - f 5550,- wad en nu op f 2 900,- - f i^lOO,- zal worden gebracht. Hij zegt dat hij het voorstel van den heer Heerma van Voss wel zou kunnen onder steunen,doch dat hij het beter acht het voorstel te doen de re geling terug te zenden naar de Commissie voor georganiseerd over leg en ze eerst in behandeling te nemen, nadat die Commissie daar omtrent nader haar oordeel zal hebben dóen kennen. De heer BASTÏAANSEN zegt,dat naar zijn oordeel de heer Jongenelen toch ten onrechte wijst op eens ongemotiveerd groote verlaging van salarissen,die zou plaats hebben.daar de Commissie ter voorkoming daarvan uitdrukkelijk de overgangsnota in hare voorstellen heeft opgenomen. De VOORZITTER zegt,dat er thans twee voorsteilen zijn,een van den heer Heerma van Voss om de behandeling der regeling aan te te houden tot eene volgende of daarvoor expresselijk te houden vergadering,weIk voorstel wordt ondersteund door de heeren Voeten en Rombouts,en een voorstel van den heer Jongenelen om de regeling terug te zenden naar de Commissie voor georganiseerd overleg en ze eerst te behandelen,nadat de Commissie daarom trent haar oordeel zal hebben doen kennen, welk voorstel wordt ondersteund door de heeren Rombouts en Heerma van Voss. Het voorstel van den heer Jongenelen als zijnde van de verste strekking wordt het eerst in omvraag gebracht en met I4. tegen 8 stemmen verworpen. Voor stemmen de heeren Heerma van Voss,Voeten,Rombouts en Jongenelen. Het voorstel van den heer Heerma van Voss,daarop in stem ming gebrachtwordt eveneens met k tegen 8 steramen verworpen. Voor steramen de heeren Heerma van VossVoeten,Rombouts en Jonge nelen. Denbeer Ridders voorzitter van de Salariscommissie deelt mededau in de voorstellen een drietal kleine wijzigingen dienen te worden aangebrachtwaarvan hij de leden verzoekt aanteekening te houden. De heeren Heerma van VossVoeten,Jongenelen en Rombouts verlaten de vergadering. Door hoofdelijke oproeping verzekert zich de Voorzitter er van,dat het getal der aanwezige leden slechts acht meer be- draagt,zoodat de grootste helft van het getal leden van den Raad niet meer ter vergadering tegenwoordig is. Hij sluit daarop de Vergadering. DE SECRETARIS, de VOORZITTER,

Raadsnotulen

Roosendaal: besloten, 1851-1916, 1919-1935 | 1924 | | pagina 2