35 'Tr ?mrfT De Stichtingskosten van de ambachtschool komen voor 30/0 voor rekening van de gemeente; de overige kosten zijn voor het rijk. z.i.is een ambachtschool hier wel noodzakelijk, is althans urgenter dan een tweede TH. 0 school. ^et de landbouwschool ligt de kwestie geheel anders. Hier komen alle kosten voor rekening der gemeente. Dit is dus een zaak die de gemeentearen wel degelijk aangaat. Naar zijn mening is een behoorlijke in richting nodig. Spreker vindt het jammer geen summiere begroting der kosten te hebben aangetroffen. Ook in de commissie voor de financiën heeft hij de noodzakelijkheid van een landbouwschool besproken. Met het vermelde daaromtrnet in het rapport der commissie kan hij zich niet geheel verenigen.Gezegd wordt daarin dat hij de stichting der scholen wil zien in verband met punt 18 der agenda. Hij heeft echter eerst de scholenkwestie en daarna de industrialisatie besproken. Deze vermelding in andere volgnode heeft volgens spreker wel niet zo heel veel ora het li if, maar zou toch bij de raad èen verkeerde indruk kunnen wekken. Verder verklaart hij niet te zijn tegen toekenning vsn f.30.000 maar wil de nadruk erop vestigen dat dit slechts een onderdeel is van het grote aandeel der gemeente bij de stichting van het complex der broeders. De voorzitter dankt de heer van Rei jen voor diens inlichtingen,die de raad een dieper inzicht zullen hebben gegeven in deze kwestie. Ook hij is ervan overtuigd dat de ambachtschool noodzakelijker is dan de HL0. De broeders brengen echter hun ULO school mee, daar deze aan hun Juvenaat verbonden is. Men kan nu wel zeggen -aldus de voorzitter- laat de broeders maar lopen, daar de ambachtschool voor deze gemeente veel voornamer is. Hij persoonlijk is van de belangrijkheid van de komst der broeders zo door drongen, dat naar zijn mening hiervoor de gemeente zich offers dient te getroosten. De broeders zijn genegen deze ambachtschool te beheren doch wensen dit niet te doen zonder Uloschool. De heer Draaf vraagt waarom deze twee zo verschillen onderwijsinrichtingen door hen tegelijkertijd moeten worden beheerd. De voorzitter: omdat de ULOschool va.st aan het Juvenaat verbonden is en zij deze niet los vallen laten. P.e. heer Brast informeert welke plaatsen voor vesti ging in aanmerking komen. De Voorzitter: de enige grond die we hiervoor in handen konden krijgen, zijn de percelen van Jurriens. De heer C.Luü^y beweert dat wel over de grond van Jurriens is gesproken, maar niet ter bestemming als industrieterrein. De Voorzitter toont aan,aan de hand van een kaart, dat de gemeente gronden achter de burgeneesterswonin en die toebehorend aan het gasthuis, geruilct kunnen worden tegen de gronden van Jurriens.

Raadsnotulen

Etten-Leur: besloten, 1946-1950 | 1949 | | pagina 11