- 3 -
Wethouder Damen constateert dat 3 fracties de motie ondersteunen. Wanneer
dit het geval is, kan de motie worden aangenomen. Wethouder Damen wijst
erop dat de werkwijze er tot nu toe uit bestond dat er verwezen werd naar
de commissies. Binnen de commissie kan een besluit worden genomen. Wanneer
men in deze werkwijze verandering wil brengen, verneemt hij dit graag.
De heer vdKloot is van mening dat deze motie eigenlijk gewoon een
verklaring van sympathie is. Om te voorkomen dat er sprake was van een
avondvullend gesprek over dergelijke moties, werden moties in het verleden
besproken in een commissie. Wanneer er de behoefte bestaat om dit patroon
te doorbreken, kan hier beter eerst een discussie over volgen binnen een
commissie. De fractie van het CDA staat niet onwelwillend tegenover het
steunen van deze motie maar de zaak moet structureel worden aangepakt.
De heer Verheijen merkt op dat de positie van de minima niet gunstig is.
Hij is het wel eens met de heer v.d. Kloot dat wanneer dergelijke zaken een
andere behandeling krijgen, dit eerst besproken moet worden in een
commissie. Bij deze motie is er echter sprake van een kamerbrede
ondersteuning door alle fracties. Het is niet nodig om die motie 2 maanden
te laten liggen om hem daarna alsnog door te sturen.
De heer Marijnissen is het er ook mee eens dat er eventueel nieuwe
gedragsregels afgesproken moeten worden. Wanneer er een dergelijke motie
wordt ingediend moet hij worden behandeld in een commissie. Na behandeling
in de commissie moet hij zo snel mogelijk aan de orde worden gesteld in een
raadsvergadering. Het is ook mogelijk om zo'n motie direct te behandelen
tijdens een raadsvergadering. De looptijd moet in ieder geval kort zijn.
Efficiëntie moet er blijven.
Wethouder Damen proeft uit de woorden van de vorige sprekers dat er
behoefte bestaat aan een duidelijke, efficiënte beleidslijn. Het college
stelt dan ook voor om moties voorzien van een collegestandpunt direct te
behandelen in de raad. Het staat de raad vrij om de motie al dan niet te
steunen. Het is ook mogelijk om de motie te laten behandelen in een
commissie maar dan wordt de efficiënte beleidslijn weer doorbroken.
De heer v.d. Kloot vindt dat er sprake is van een ad hoe beleid. Hij kan
zich nog herinneren dat er moties behandeld werden die in feite ver waren
verwijderd van de politiek van Zundert. Dit heeft veel discussies in de
raad opgeleverd. Er is toen in de raad afgesproken dat een en ander op deze
wijze zou worden behandeld. De heer v.d. Kloot is van mening dat, los van
deze motie, er een discussie gevoerd moet worden in de commissie Algemeen
Bestuur. De motie op zich wil de fractie van het CDA ondersteunen maar toch
blijven zij het vreemd vinden dat er nu een andere procedure gevolgd moet
worden.
De heer Verheijen is het niet eens met de opmerking van de heer v.d. Kloot
dat er sprake zou zijn van een "ver van ons bed show". Het is een "dicht
bij ons bed show" en daarom stelt hij voor om de motie aan te nemen. Er
wordt adhesie betuigd aan de gemeente die de motie heeft toegestuurd.
De heer van Tichelt stelt voor om gezien de continuïteit de motie aan te
nemen. Voorts vindt hij het raadzaam om een discussie over deze gang van
zaken op de agenda van de commissie te plaatsen.
De heer Poppelaars heeft de motie gelezen maar hij zou graag zien dat de
motie nog een keer wordt voorgelezen.
Wethouder Damen stelt voor om de discussie over het motiebeleid op korte
termijn te behandelen in de commissie Algemeen Bestuur.
De voorzitter gaat over tot het lezen van de motie. De raad van de gemeente
Wymbritseradiel, in vergadering bijeen op 14 november 1995 heeft kennis
genomen van de groeiende problematiek onder de minst draagkrachtigen in
onze maatschappij waarbij steeds stijgende gemeentelijke en provinciale
heffingen zorgen voor een sterk verminderd financieel draagvlak. Zij is van
mening dat rijksmaatregelen in het kader van decentralisatie en
deregulering met name verbonden kortingen, de gemeente dwingen de
belastingheffingen te verhogen. De minst draagkrachtigen worden daarbij
