27 juni 1996, nr. 1
Notulen van de openbare raadsvergade
ring van de gemeente Zundert, gehou
den op donderdag 30 mei 1996 om 19.30
uur in het gemeentehuis.
Aanwezig
de heren P.J.S.M. Adriaensen (wethouder), C.W.A.M. van Aert, L.J.M. v.d.
Broek, J.J. Damen (wethouder), Mevrouw C.M.J. Franken-Adriaensen, de heren
A.J.H.C. Jacobs, A.M.M. v.d. Kloot,R.H.J. KustermansC.A.M. Marijnissen,
H.J.M. Poppelaars, H.M.A.M. de Rooijmevrouw M.P.F. Sprenkels-van Dijck,
de heren J.J.M. van Tichelt, A.J.P. Verheijen en C.F.J. Verheijen (wethou
der)
Voorzitter: ir. P.J. Gruijters, burgemeester (wnd.
Secretaris: de heer A.J.M. Anthonissen, gemeentesekretaris
De voorzitter opent de vergadering met het voorgeschreven gebed.
IVaststelling notulen van de vergadering van 25 april 1996.
De heer v.d. Broek merkt op dat uit de notulen blijkt dat hij 2 keer
gebruik heeft gemaakt van de rondvraag. De eerste rondvraag kwam
echter voor rekening van de heer Kustermans. Een en ander zal worden
aangepast
Daarna worden de notulen vastgesteld.
2Ingekomen stukken
IIKoninklijk besluit van 19 maart 1996 tot ongegrondverklaring beroep
schriften van uw raad en Proteam B.V. tegen het besluit van Gedepu
teerde Staten van Noord-Brabant van 8 december 1993, waarbij is
beslist over de goedkeuring van het bestemmingsplan Hofdreef.
De heer Kustermans is van mening dat de gemeente Zundert voor wat
betreft het plan Hofdreef is uitgeprocedeerd. Toch vraagt hij zich af
wat er nog gedaan kan worden.
Wethouder Damen zegt dat men bezig is met een herziening van de
bestemmingsplannen voor de bebouwde kom. Plan Hofdreef valt hier ook
onder en de procedure zal dan ook in het nieuwe bestemmingsplan komen.
Er is reeds een discussie geweest in de commissie Ruimtelijke Ordening
en Milieu aan de hand van een raamwerknotitie. Aan de hand van de
uitslag van die discussie wordt gewerkt aan de voorbereiding van de
bestemmingsplannen. Hieruit vloeit ook iets voort voor plan Hofdreef.
In de herziening van het nieuwe bestemmingsplan zal de Hofdreef een
bestemming krijgen. Gekeken moet worden hoe de provincie hierop zal
reageren.
De heer Kustermans vraagt of het de bedoeling is om in de Hofdreef
beperkte woningbouw aan te vragen. Een gedeelte zou, zo heeft hij
begrepen uit de uitspraak, bedrijventerrein worden.
Wethouder Damen ontkent dit. Het is ingegeven door het totale plan.
Binnen het contourenplan wil men een aantal inbreidingslokaties
realiseren die men slechts kan realiseren door bedrijven uit te
plaatsen. Een en ander is aan elkaar gekoppeld maar de uitspraak staat
GEMEENTE
Z U N D E R T
d:\notulen\mei96