- 4 -
Op de vraag van de heer v.d. Broek omtrent het bekostigingsbesluit, ant
woordt wethouder v.d. Kloot dat het bekostigingsbesluit op zich is genomen
voor het tegenoverliggende gedeelte. De heer v.d. Broek heeft verzocht om
het geheel te bekijken, om andere percelen daarbij te betrekken. Wethouder
v.d. Kloot meldt dat andere percelen hier niet om hebben gevraagd. Hij kan
zich voorstellen dat er bij de afronding van het bestemmingsplan Wernhout
aan gedacht wordt om de overkant van het Tiendpad te bebouwen wanneer daar
behoefte aan is. Dit kan naar zijn mening echter pas bij de herziening van
het bestemmingsplan Wernhout. Het gaat nu echter alleen om het nemen van
een voorbereidingsbesluit betreffende dit ene perceel.
De heer Adriaensen merkt op dat hij een relevant beleidsfacet aan de orde
wil stellen, namelijk de objectieve criteria. Hij heeft de gehele band van
de commissie ROM afgeluisterd. Hij is tot de conclusie gekomen dat men
vergeten is om de vraag van de provincie te beantwoorden naar de objectieve
criteria. Het is inderdaad zo dat een bedrijf bij het indienen van een
aanvraag zelf de criteria op moet stellen en af moet geven op het gemeente
huis. Het zou echter goed zijn wanneer de gemeente zelf een aantal objec
tieve criteria formuleert waaraan vervolgens de aanvraag kan worden ge
toetst. Dat is voeren van beleid en was de strekking en de geest van zijn
opmerking. Hij meent dat dit niet in de commissie aan de orde is geweest.
De voorzitter vult aan dat hij alleen maar in zijn algemeenheid op dit punt
van het reglement van orde heeft willen wijzen.
Wethouder v.d. Kloot geeft aan dat de heer Adriaensen bevestigt wat hij
zelf ook al eerder heeft gezegd. Het is inderdaad zinvol wanneer het beleid
wat duidelijker is geformuleerd. Dit zal bij het vaststellen van het
bestemmingsplan buitengebied uitdrukkelijk aan de orde komen. Het komt ook
aan de orde bij de rest van de bestemmingsplannen, daar waar economische
activiteiten zijn. Het staat vast dat men anders tegen dit probleem aan
blijft lopen.
De heer Marijnissen merkt op dat hij in de commissie ROM ook aandacht heeft
gevraagd voor het bekostigingsbesluit. Het ging toen echter om een andere
zaak dan het bedrijf dat nu aan de orde is. Hij vraagt de heer v.d. Broek
of dit bekostigingsbesluit voor deze ene zaak moet gelden of vast moet
worden ingevoerd voor alle zaken. Hij vraagt of er enige eenheid van
handelen voor gelijksoortige gevallen te verwachten valt van de fractie.
De heer v.d. Broek meldt dat zijn fractie het beleid voorstaat dat er
overal een bekostigingsbesluit genomen moet worden. Hij vraagt zich alleen
af of het juridisch mogelijk is. In dit geval is het juridisch helaas niet
mogelijk omdat het bekostigingsbesluit voor een omcirkeld gebied plaats
moet vinden. Hiervoor is nog geen bestemmingsplan. De heer v.d. Broek heeft
hier innerlijke onvrede mee, maar juridisch kan men niet anders.
Besluit
De raad besluit conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
5Voorstel tot het vaststellen van een voorbereidingsbesluit voor het
perceel, kadastraal bekend gemeente Zundert, sektie H, nr. 1528 en
gelegen aan de Hoekvensedreef
De heer Adriaensen merkt op dat de fractie Groen Zundert geneigd is om het
voorstel milieutechnisch te benaderen. In de commissie is positief geadvi
seerd. Het is een milieutechnische verbetering. Een transport annex loonbe
drijf wordt caravanstalling. Er wordt op die manier minder milieubelasting
veroorzaakt. De fractie wil wel de garantie dat dit bedrijf niet meer
verandert in een bedrijf met een hogere milieubelasting. Het bestemmings
plan sluit dit overigens uit. De heer Adriaensen wijst de voorzitter op de
tweede benaderingswijze van de fractie Groen Zundert. Hij wil hierin