- 13 - De raad besluit conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 7Voorstel tot het instemmen met de begroting 1996 van het Streekarchief Nassau-Brabant, met dien verstande dat uitgegaan wordt van 40 dagen voor de gemeente Zundert, zodat de gemeentelijke bijdrage komt op f 55.606,83. De heer Adriaensen merkt op dat men terug gaat van een termijn van 53 werkdagen zoals die in de planning zaten. Het gaat om 53 werkdagen voor de archivaris en zijn assistenten. De gemeente Zundert neemt 40 dagen af. De bijdrage wordt daardoor lager. Het gaat hem om het verschil. Hij kan zich voorstellen dat minder gedaan wordt aan de monumentencommissie of plaat selijk overleg. Het is andere jaren goed gegaan maar hij kan zich voorstellen dat men zegt dat bijvoorbeeld het beeld van monumenten goed op de rails moet komen waardoor men wat meer dagen nodig heeft. Hij vraagt zich af of dit soort werkzaamheden niet in de knel komen wanneer het restant van 13 dagen niet wordt afgenomen. pe heer Damen merkt op dat dit stuk ook reeds is aangekondigd bij de ingekomen stukken VIHier stond echter vermeld dat het ging om de begroting en de meerjarenramingen over de jaren 1997-1999. Wanneer hij dit voorstel bekijkt wordt er alleen maar gesproken over de begroting van 1996. De meerjarenraming komt niet aan de orde. De fractie Werknemersbelangen zou voor wat betreft het vaststellen van een meerjarenraming een wat terughoudender beleid willen voeren. Dit met het oog op de eventuele herindeling die gaat volgen. Het kan zijn dat dan overgegaan wordt tot het samenbrengen van het archief van de gemeente Zundert en de gemeente Rijsbergen. Het archief wordt dan substantieel groter en beter bereikbaar voor inwoners van de gemeente Zundert. Wethouder Poppelaars geeft aan dat de zaak omtrent het aantal dagen al een aantal jaren aan de orde is. Een aantal jaren geleden had men op het archief een achterstand. Het streekarchivariaat is toen ingeschakeld om de achterstand weg te werken. Men had toen zo'n vijftig dagen nodig. Toen de achterstand was weggewerkt, heeft men het aantal dagen gereduceerd tot veertig. Ieder jaar heeft men voldoende gehad aan veertig dagen. Wanneer het voorwerk goed wordt gedaan en wanneer men alles ordelijk houdt, heeft men minder hulp van het streekarchief nodig. Tot op heden zijn andere zaken niet in de knel gekomen. In de begroting wordt nog steeds uitgegaan van 53 dagen ondanks het feit dat reeds meerdere malen is aangegeven dat men aan 40 dagen voldoende heeft. In de praktijk blijkt dat men de dagen die Zundert minder besteedt, bij andere gemeenten ruimschoots in kan vullen. Voor wat betreft een terughoudender beleid omtrent meerjarenramingen wil wethouder Poppelaars verwijzen naar de antwoorden die hij in de vorige raadsvergadering heeft gegeven over het meerjarenplan van het Werkvoorzieningsschap. Het streekarchivariaat is een soort gemeenschappelijke regeling. Men zit hier niet eeuwig aan vast. Men kan hier uitstappen met de nodige consequenties. Het is aan het dan zitting hebbende bestuur om die overweging te maken. Tot op heden is het een normale zaak dat de huidige raden kijken naar een meerjarenraming van ook dit soort instanties. De heer Damen merkt op dat het hem niet duidelijk is of de meerjarenraming nu al dan niet wordt vastgesteld. Dit maakt namelijk geen deel uit van het agendavoorstelHier wenst hij formeel een antwoord op. Zijn fractie handhaaft het standpunt zoals dat de vorige raadsvergadering is aangegeven dat de fractie Werknemersbelangen niet over het graf heen wil regeren. Wethouder Poppelaars geeft aan dat de meerjarenraming niet aanwezig is. Het gaat alleen om instemming met de begroting van het streekarchiefEr wordt op de meerjarenraming nog een keer terug gekomen. De voorzitter merkt op dat verschillende organen de plicht hebben om meerjarenbegrotingen op te stellen. De gemeente Zundert kan zich niet

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1995 | | pagina 217