- 7 - moeite met het uitspreken van het vermoeden dat het zou gaan om macht en persoonlijke ambities. Datgene wat gebeurd is maakt het voor de WD een stuk onzekerder om macht uit te oefenen wanneer men dit zou willen. Der halve is deze opmerking niet op zijn plaats. De woningbouwproblematiek speelt al jaren en wordt door het uittreden van de WD uit de coalitie niet verergerd. De WD vindt het prettig dat het Agrarisch Belang en het CDA constructief mee wensen te besturen. Het is ook de taak die een ieder opgedragen heeft gekregen. Hiermee wil hij zijn betoog ook besluiten. Hoe vervelend de ontstane situatie nu ook is, ook de WD is van mening dat men moet trachten om er samen iets goeds van de maken. De heer v.d. Broek geeft aan dat ook hij, evenals de heer Damen, van mening is dat een aantal punten te zijner tijd uitgebreid ter discussie zullen worden gesteld. Het is niet goed om dit nu te doen. Dit geldt ook voor het proces van de herindeling en de visie van het CDA daarop. Het geldt ook voor de problematiek van de woningbouw en de begroting. De heer v.d. Broek kan zich aansluiten bij de woorden van de heer Verheijen omtrent het feit dat de ambtenaren hard hebben gewerkt aan de begroting die nu niet kan worden aangeboden. Zowel het Agrarisch Belang en het CDA hebben aangegeven dat de brief niet de enige reden is waarom de WD uit de coalitie is gestapt. Wat nu wel die reden is, is hem niet duidelijk. Het is altijd goed gegaan. Men is er altijd uitgekomen. Wanneer er problemen waren werden die opgelost. Ook voor het CDA kwam de breuk als een donderslag bij heldere hemel. Op dat moment gaat men gissen en als zodanig heeft de heer v.d. Broek het ook uitgesproken. Hij is van mening dat hij het hier bij moet laten. Hij hoopt dat iedereen denkt aan het belang van de gemeente Zundert en dat dit prevaleert boven alle politieke spelletjes. De voorzitter geeft aan dat er discussie is gevoerd over de punten VIII en IX van de ingekomen stukken en de verklaring van wethouder Verheijen. De heer Verheijen is van mening dat er amper gesproken kan worden van een discussie. Er worden wat verklaringen afgelegd. In plaats van het zwarte- pietenspel kan er nu beter gesproken worden van een vlooienparade Een aantal punten worden te zijner tijd verder besproken. Gezien de ernst van de situatie mag en kan men het hier niet bij laten. Hij vraagt zich af hoe wethouder Poppelaars en wethouder v.d. Kloot reageren op de breuk die is ontstaan in de coalitie. Het is immers een belangrijke zaak en in het belang van de gemeente Zundert. De voorzitter geeft aan dat het Reglement van Orde in acht moet worden genomen en derhalve verzoekt hij de heer Verheijen zich hier aan te houden. De heer Damen vraagt de heer v.d. Broek zijn uitspraken omtrent het vermoe den dat er sprake is van machtsbelang en persoonlijke ambities in te trekken of nader te verklaren. Deze uitspraak gaat een eigen leven leiden en hier is niemand mee gediend. De heer v.d. Broek wenst zijn uitspraak in te trekken. Het is niet zijn bedoeling om de zaak te laten escaleren. Het is ook als zodanig verwoord. Gissen is missen dus wordt er verder niet meer over gesproken. De voorzitter gaat er van uit dat de discussie omtrent de ingekomen stukken VIII en IX, en de verklaring van wethouder Verheijen hiermee is beëindigd. De heer Adriaensen wenst antwoord op een vraag die gesteld is door de heer Verheijen. Hij heeft gevraagd hoe het nu verder moet met het college. Wethouder v.d. Kloot geeft aan dat er op zijn minst 2 wethouders aanwezig moeten zijn. De wethouders zijn wettelijk gekozen en benoemd. Wanneer er geen anderen opstaan zullen zij hun funktie blijven vervullen. Zij zijn hiervoor verantwoordelijk. Hij spreekt hierbij uitdrukkelijk voor zichzelf maar hij denkt dat wethouder Poppelaars dezelfde mening is toegedaan. Wethouder Poppelaars bevestigt dit. Het is bekend dat er op dit moment pogingen worden ondernomen om een andere coalitie te vormen. Het is zeer de vraag of de pogingen gaan slagen. In principe is er binnen het college één vacature en die vacature moet op de een of andere manier opgevuld worden.

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1995 | | pagina 211