- 18 - 0 Voorstel tot het garanderen van de tijdigebetalingvanrenteen aflossing van een tweetal door de WoningstichtingWoonservicebighet ABP te Heerlen op te nemen geldleningen, groot elk 6000.000, nhrMariinissen merkt op dat het gaat om het afsluiten van leningen van grote bedragen. De rente ligt boven de 7%. Zijn fractie vraagt zich af of het niet beter is om nog even te wachten met dergelijke afsluitingen. Men bevindt zich immers in een dalende rentemarkt. Verder zou de fractie Werknemersbelangen dit punt graag koppelen aan andere kwesties ten aanzien van Woningstichting Woonservice. Te denken valt aan het tussentijds verhogen van de huur. Wanneer de raad zijn medewerking verleent aan de Woningstichting Woonservice, staat hier tegenover dat ook zij afspraken na moeten komen. Hij vraagt zich dan ook af of er overeenkomsten zijn bereikt met de Woningstichting Woonservice. Wethouder Poppelaars is van mening dat het tijdstip van het afsluiten van leningen wellicht een eeuwig discussiepunt blijft. Er zijn mensen die zeggen dat leningen afgesloten dienen te worden op het moment dat men het geld nodig heeft. Soms zal men een goedkope lening hebben en een andere keer zal die lening duur zijn. De Woningstichting Woonservice moet op korte termijn de bruteringsoperatie afhandelen met het rijk. Men heeft 12.000.000,nodig. Een aantal weken geleden was men van mening dat er een gunstig moment was aangebroken. Op grond daarvan heeft men toen reeds 6.000.000,geleend tegen een rente van 7,21%. Na lang aarzelen heeft men vorige week besloten om tegen een rentepercentage van 7.10% de tweede lening van 6.000.000,— af te sluiten. De tijd moet uitwijzen of dit een verstandig besluit is geweest. Het is niet mogelijk om te bepalen of de rente verder zal dalen. De wethouder vindt het niet verstandig om andere zaken te koppelen aan dit punt van de agenda. De voorzitter vindt het wat ver gaan om andere zaken te koppelen aan dit punt. Het is niet goed dat men het verstrekken van een lening af laat hangen van het al dan niet aanpassen aan de opvattingen van anderen of aan het huurbeleid. Het moet zo zijn dat het beleid in de nota Volkshuisvesting wordt vastgelegd. Jaarlijks moet een toetsing plaatsvin den. Het is wel een beleid op afstand geworden. De wet voorziet erin dat de gemeente het beleid vastlegt wat uitgevoerd gaat worden door de woningbouw verenigingen. Wanneer zij dit niet doen moet de gemeente zich wenden tot de minister. Het college is voortdurend in gesprek met de Woningstichting Woonservice. De opvatting van de raad is hierbij aan de orde gesteld. De opvattingen zullen ook aan de orde komen in de nota Volkshuisvesting. Dhr. Marijnissen merkt op dat de rente blijft dalen. Het is hem opgevallen dat bij de mededelingen goedkeuring is verleend aan het afsluiten van een lening tegen een rente van 4,6 en 4,7%. Deze leningen zijn afgesloten tegen een rente van 7,10%. Het verschil is naar zijn mening dermate groot dat te verwachten valt dat de rente verder zal dalen. Hij is dan ook van mening dat het tijdstip waarop deze lening is afgesloten niet gunstig is. Hij heeft niet bedoeld te zeggen dat het afsluiten van de lening afhangt van het al dan niet conformeren met de opvattingen van een ander. Het is wel zo dat er een kader aangegeven moet worden waarbinnen zaken afgehandeld dienen te worden. De voorzitter is van mening dat besturen zuiver met elkaar om dienen te gaan. Dit geldt ook voor de gemeente en de Woningstichting Woonservice. Het is vanzelfsprekend dat de vertegenwoordiger van het college in contacten met de Woningstichting Woonservice de opvattingen van de raad naar voren zal brengen. De gemeente stelt een beleid vast in de nota Volkshuisvesting. De woningstichtingen binnen een gemeente moeten zich hier aan houden. - De -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1995 | | pagina 191