- 32 -
De heer Damen zegt dat de WVG per 1 april a.s. in werking zal gaan treden.
Iedere gemeente is verplicht een verordening op te stellen waarin wordt
vastgelegd hoe op plaatselijk niveau invulling gegeven gaat worden aan de
uitvoering van deze regeling. Op zich is de WVG politiek gezien erg
interessant, omdat de rijksoverheid in de komende jaren waarschijnlijk
meerdere zgn. open eind regelingen zal gaan decentraliseren naar de lokale
overheid. De WVG zal dan ook als voorbeeld gaan dienen voor volgende
decentralisaties. Het is politiek interessant omdat het partijen dwingt
duidelijk te maken hoe hun beleid met betrekking tot die materie is.
In de toelichting op de verordening worden 4 redenen aangegeven waardoor
het rijk overgaat tot een herziening van het stelsel voor zorgvoorzienin
gen. Naast herordening van taken en naast uitbreiding van de doelgroep met
mensen die ouder zijn dan 65 jaar zijn de redenen decentralisatie en
beheersbaarheid van de kosten. Bij het begrip decentralisatie wordt in de
toelichting duidelijk aangegeven dat gemeenten hierdoor de mogelijkheid
krijgen om voorzieningen af te stemmen op de plaatselijke situatie. Het is
dan ook een rare zaak dat in de verordening wordt uitgegaan van een
landelijk model. Dit strookt immers niet met het uitgangspunt om de
uitvoering af te stemmen op de lokale situatie. Ook wordt aangegeven dat de
verordening zal worden afgestemd op omliggende gemeenten. Dat een en ander
wordt afgestemd op de gemeente Rijsbergen is gezien de herindeling logisch,
maar het afstemmen op andere gemeenten is naar de mening van de fractie
Werknemersbelangen in tegenspraak met de decentralisatie gedachte. Het is
overigens een vreemde zaak dat nu wel wordt gekeken naar omliggende
gemeenten, maar dat dit argument niet opgaat als het investeringen in de
zgn. harde sector gaat. Voor de fractie van de heer Damen dienen de
plaatselijke situatie en de plaatselijke behoefte als uitgangspunt te
dienen bij het opstellen van een verordening. Wanneer wordt nagegaan hoe
omliggende gemeenten een en ander regelen kan de heer Damen er mee
instemmen dat zaken enigszins op elkaar worden afgestemd.
Bij de vaststelling van het te voeren beleid kunnen 2 uitgangspunten worden
gehanteerd. Als eerste uitgangspunt kan worden gekozen om uit te gaan van
het huidige voorzieningenniveau en om dit zoveel mogelijk binnen het
beschikbare budget te realiseren. Hij bedoelt het budget dat door de
rijksoverheid wordt overgedragen, eventueel aangevuld met eigen middelen,
wanneer mocht blijken dat anders de doelstelling niet wordt gehaald. Als
tweede uitgangspunt kan worden genomen de WVG uit te voeren binnen het
beschikbare budget. In dit geval vormt de financiële beheersing het
hoofddoel van de maatregel. Het voorstel lezend komt de heer Damen tot een
combinatie van beide uitgangspunten. Enerzijds wil het college een minimum
aan kwaliteit garanderen door het verstrekken van de goedkoopste adequate
voorziening, terwijl anderzijds getracht moet worden het beschikbare budget
zo goed mogelijk te beheersen, door o.a. het invoeren van een stelsel van
eigen bijdragen. Een en ander komt erop neer dat wanneer aan iemand meer
dan de goedkoopste adequate voorziening wordt verleend betrokkene hier zelf
de financiële gevolgen van moet dragen. De gemeenteraad zal dan ook een
duidelijke keuze moeten maken voor het handhaven van kwaliteit of het
beheersen van het budget. Omdat zoals gezegd in de komende jaren meerdere
van dergelijke operaties verwacht kunnen worden is dit dan ook een
interessante maar ook belangrijke keuze. De gemeenteraad heeft de
mogelijkheid om de verordening aan te passen aan de plaatselijke behoefte
en mogelijkheden. Natuurlijk zijn de plaatselijke mogelijkheden niet
onbeperkt, maar er zouden wel degelijk extra middelen voor kunnen worden
aangewend. Voor de fractie van de heer Damen is dit dan ook aanleiding om
enkele kanttekeningen te plaatsen bij de stelling van het college dat hier
het probleem speelt van de verdeling van schaarste. In de verordening wordt