19
vergadering van de commissie Openbare Werken heeft gemist. Uit de stemming
tijdens deze commissie bleek zelfs dat ook de WD een afwijkend standpunt
innam. Hij is dan ook benieuwd naar het verslag van deze vergadering. Met
betrekking tot het parkeerverbod merkt hij op dat ook hij het een vreemde
zaak vindt dat aan het breedste gedeelte van de Molenstraat niet langer
geparkeerd mag worden. Hij is bovendien van mening dat hierdoor een
oneerlijke concurrentiepositie wordt gecreëerd ten opzichte van de
winkeliers aan het smalste gedeelte van de Molenstraat. Voor alle
duidelijkheid merkt hij op dat hij niet pleit voor het toestaan van
langdurig parkeren, maar kortstondig parkeren, b.v. een half uur, zou toch
tot de mogelijkheden moeten blijven behoren.
Tijdens de commissievergadering heeft wethouder v.d. Kloot toegezegd dat
hij de indieners van bezwaren zou uitnodigen voor een gesprek. De heer
Arnouts vraagt of dit gesprek reeds heeft plaatsgevonden en wat hiervan de
uitkomst is. Tenslotte zegt de heer Arnouts dat ook hij instemt met het
verplaatsen van de bushalte.
Wethouder v.d. Kloot antwoordt dat de bus die van Breda afkomt in het
vervolg zal stoppen aan een halte ter hoogte van de Markt. Dit is in die
zin een verbetering van de huidige situatie, omdat wanneer van de oude
halte gebruik wordt gemaakt er een aantal parkeerplaatsen minder kunnen
worden aangelegd. Het leggen van klinkers in een cementbedding is de
laatste weken nogmaals goed onderzocht. Gebleken is dat er geen enkele
ervaringen waren in vorstperiodes. Om die reden is besloten geen cement te
gebruiken, maar te kiezen voor een dikker soort klinkers en een goede
stevige ondergrond. Dit om verzakkingen te voorkomen. Met betrekking tot de
geplande bomen moet worden opgemerkt dat een stedebouwkundige bij het
opstellen van zijn plannen een aantal bomen in het geheel tekent. In de
praktijk blijken deze soms te zijn gesitueerd op plaatsen waar leidingen of
rioleringen zijn aangelegd, hetgeen uiteraard niet mogelijk is. Ook zijn de
bomen soms gepland voor een inrit, hetgeen uiteraard ook niet wenselijk is.
Hij zegt echter toe, dat waar mogelijk bomen zullen worden gepland. Er is
uitdrukkelijk voor gekozen om bij de 'Schroef' veel aandacht aan een
groenstrook te schenken en deze groenstrook zal zover mogelijk worden
doorgetrokken. Ten aanzien van de aanleg van invalideparkeerplaatsen merkt
hij op dat hij omtrent de juiste lokatie in overleg zal treden met de
instanties die daar goed van op de hoogte zijn. Hij bestrijdt de uitlatin
gen van de heer Marijnissen dat een en ander binnen de Verkeerscommissie
zou zijn gebagatelliseerd. In de Verkeerscommissie wordt op een zeer
serieuze manier met dergelijke zaken omgegaan en van bagatelliseren is geen
sprake. Hij zegt dus toe dat de invalideparkeerplaatsen zo optimaal
mogelijk zullen worden aangelegd en er zal zoveel mogelijk tegemoet gekomen
worden aan de eisen van de instanties voor mensen met een handicap.
Voorkomen moet overigens worden dat tal van lege hoeken gecreëerd worden
die niet worden gebruikt. In de praktijk zal het er wellicht op neer komen
dat bij het gemeentehuis 2 invalideparkeerplaatsen naast elkaar zullen
worden aangelegd.
Ten aanzien van het parkeergedrag van personeelsleden van bedrijven in de
Molenstraat en van het gemeentepersoneel merkt wethouder v.d. Kloot op dat
deze mensen zullen worden uitgenodigd om hun auto in het vervolg te
parkeren op het Nassauplein. Er zijn reeds bedrijven bekend die hun
personeel hiertoe reeds hebben verzocht. Voor wat het gemeentepersoneel
betreft zijn er een aantal medewerkers die hun auto soms tussentijds nodig
hebben en hun auto daarom moeten parkeren voor het gemeentehuis. Het
grootste gedeelte kan de auto echter het best parkeren op het Nassauplein.
Het gemeentebestuur heeft echter minder dwangmiddelen om dit bij hun
medewerkers af te dwingen dan andere bedrijven. De heer v.d. Broek sprak