23
de grenswijziging tot de gemeente Rucphen zullen gaan behoren. Het om
gekeerde zou echter ook het geval kunnen zijn. Het gaat er de voorzitter
niet om tot welke gemeente de bebouwde kom gaat behoren; van belang is dat
zij tot 1 gemeente zal gaan behoren. Aangezien het grootste gedeelte reeds
bij de gemeente Rucphen behoort, zou het niet ondenkbaar kunnen zijn dat
ook het gedeelte dat thans behoort tot Zundert ook tot de gemeente Rucphen
gaat behoren. Hier staat dan wel tegenover dat elders grenswijzigingen
plaatsvinden die de toewijzing van het gedeelte van Schijf enigszins
compenseren. De voorzitter zegt dat beide gemeenten daar eerlijk over
moeten zijn. Het moet immers mogelijk zijn om goede grenzen te trekken waar
beide gemeenten hun voordeel mee kunnen doen. Het is echter de vraag of
beide partijen deze oplossing voor ogen staan. Tot op heden heeft het tot
nu toe gevoerde overleg niet tot het gewenste resultaat mogen leiden. Voor
alle duidelijkheid merkt hij op dat in het bezwaarschrift naar GS kenbaar
zal worden gemaakt dat de gemeente Zundert niet tegen een grenswijziging
is, maar wel tegen de grenswijziging die door GS wordt voorgesteld.
De grenswijziging dient in onderling overleg met Rucphen te worden vastge
steld. Wellicht zullen ook op de grenswijziging die dan wordt overeengeko
men opmerkingen worden gemaakt, maar kritiek is nu eenmaal inherent aan het
nemen van beslissingen. Hoe het echter ook zij, voorkomen moet worden dat
de bebouwde kom van Schijf opgesplitst blijft. Ongeacht de uitslag van de
enquête dient de gemeente Zundert echter wel rekening te houden met het
feit dat het grootste gedeelte van Schijf thans bij de gemeente Rucphen
behoort. Misschien zullen de gemeenten Rucphen en Zundert in de toekomst
ooit nog eens besluiten om samengevoegd te worden tot 1 gemeente. Hierdoor
ontstaat een sterke plattelandsgemeente, die is opgewassen tegen de
omliggende steden.
De heer Damen merkt op dat de voorzitter zojuist een goed en duidelijk
betoog heeft gehouden, maar dat de huidige situatie in Schijf kennelijk tot
weinig problemen onder de bevolking leidt. Zijn fractie kan instemmen met
het voorstel om bij GS uitstel aan te vragen om in een gezamenlijk overleg
met de gemeente Rucphen tot een oplossing te komen.
Veel vertrouwen heeft de fractie Werknemersbelangen daar overigens niet in.
Wanneer uiteindelijk echter een beslissing moet worden genomen, zal wel
degelijk rekening moeten worden gehouden met de belangen en de wensen van
de bewoners van het gedeelte van Schijf dat tot de gemeente Zundert
behoort. Wanneer er een ander voorstel komt, zal er waarschijnlijk wederom
een enquête worden ingesteld en met de uitkomst daarvan dient danig
rekening te worden gehouden.
Wanneer dat niet wordt gedaan, zal de fractie Werknemersbelangen het
standpunt innemen zoals is verwoord in de commissie.
De voorzitter antwoordt niets uit te willen sluiten. Welke logische
indeling ook wordt voorgesteld, het zou best weieens zo kunnen zijn, dat de
direct betrokkenen kiezen voor een meer emotionele benadering van de zaak.
Wat de voorzitter echter wil, is dat het college de kans krijgt om met
zowel de bewoners als met de gemeente Rucphen in overleg te treden. De
voorzitter heeft zijn betoog gehouden tegen de achtergrond dat in de
toekomst rekening gehouden dient te worden met minimaal een vergaande
samenwerking met de gemeente Rucphen. Hierbij kan gedacht worden aan b.v.
een duidelijke gemeenschappelijke overeenkomst tussen beide gemeenten.
Hierdoor kunnen twee plattelandsgemeenten zich sterk maken tegen de
oprukkende stad. Dat de stad in bestuurlijke zin aan het oprukken is, is
een feit. Men behoeft daarbij niet verder na te denken dan het feit dat de
steden door zowel de rijksoverheid als door de provinciale overheid worden