22
Rucphen. Dit overleg heeft echter niet tot het gewenste resultaat geleid.
Het is een normale zaak dat in zo'n geval iedere gemeente zijn eigen
zienswijze verdedigt. Ieder gemeentebestuur is slechts in geringe mate
bereid haar standpunt te herzien. Dit is ook niet meer dan logisch, omdat
men een wijziging wil aanbrengen in een eeuwen oude situatie. De voorzitter
wil echter nogmaals het feit benadrukken dat het geen goede zaak is wanneer
een gemeentegrens dwars door een dorp loopt. De voorzitter is van mening
dat wanneer de gemeentebesturen van Rucphen en Zundert omtrent deze kwestie
met elkaar in overleg treden het best weieens een jaar kan duren voordat
men tot een goede oplossing is gekomen. Deze oplossing zal echter een meer
logischer grensverloop tot gevolg hebben dan de oplossing die thans door de
provincie wordt voorgesteld. De voorzitter vindt het voorstel van de heer
V.d. Broek dan ook een goed idee, om de provincie te verzoeken alles bij
het oude te laten en om de gemeente Rucphen en de gemeente Zundert de kans
te geven om in goed overleg tot een oplossing te komen. Het zou natuurlijk
nog beter zijn als een dergelijk verzoek te samen met de gemeente Rucphen
zou worden ingediend.
De heer v.d. Broek zegt dat zijn fractie instemt met hetgeen de voorzitter
zojuist heeft verwoord. Hij wil daarbij echter wel opmerken dat wanneer het
niet mogelijk blijkt om voor 1 juni tezamen met de gemeente Rucphen een
voorstel voor te leggen aan de provincie, de gemeente Zundert duidelijk
moet maken dat zij het voorstel van GS niet ondersteunt. Ten aanzien van de
opmerking van de heer Damen zegt de heer v.d. Broek, dat de heer Damen
hoort en verwoordt wat hij graag hoort en verwoordt. De CDA-fractie heeft
ook bij de herindelingsplannen ten aanzien van Rijsbergen duidelijk kenbaar
gemaakt welk standpunt zij hieromtrent innam. Dit standpunt heeft de CDA-
fractie niet alleen kenbaar gemaakt in de gemeenteraad, maar ook bij de
fractie van het CDA op provinciaal niveau. Ook in dit geval zal voor een
dergelijke werkwijze worden gekozen. De fractie van de heer V.d. Broek zal
ook in deze herindeling haar uiterste best doen om de belangen van de
inwoners van Schijf zo goed mogelijk te behartigen.
De heer Damen merkt op niet te twijfelen aan de woorden van de heer v.d.
Broek. Hij constateert echter dat de kiezer hierover anders oordeelt. Ten
aanzien van het standpunt dat het college inneemt, zegt de heer Damen dat
zijn fractie daar grotendeels mee in kan stemmen.
Vooropgesteld dient echter te worden dat uitdrukkelijk rekening gehouden
dient te worden met de nadrukkelijke wens van een meerderheid van de
bewoners die direct met de herindeling hebben te maken. Hij is overigens
niet erg optimistisch over het feit dat met de gemeente Rucphen tot een
overeenstemming zal worden gekomen. De gemeente Rucphen zal waarschijnlijk
de gehele bebouwde kom aan haar grondgebied willen toevoegen en de heer
Damen verwacht dat Rucphen deze claim niet zo gemakkelijk zal loslaten. Tot
slot zegt de heer Damen het standpunt van de fractie Agrarisch Belang te
hebben gemist. Ook in de commissie heent Agrarisch Belang hieromtrent geen
standpunt ingenomen. In de commissie werd opgemerkt dat zij haar standpunt
in de raadsvergadering kenbaar zou maken.
De voorzitter antwoordt dat het niet zo is dat in de reactie naar GS de
uitslag van de enquête centraal zal staan. Het college is van mening dat,
ongeacht de uitslag van de enquête, GS er van dienen te worden overtuigd
dat de voorgestelde grenswijziging geen verbetering zal inhouden. De beide
gemeentebesturen dienen daarentegen in goed overleg tot een grenswijziging
te komen die wel een verbetering zal inhouden. Dit kan tot gevolg hebben
dat de bewoners van Schijf die momenteel tot de gemeente Zundert behoren na