13
De heer Arnouts kan het voorstel ondersteunen, omdat de resultaten toch nog
in de betrokken commissies aan de orde worden gesteld.
De voorzitter antwoordt als volgt:
privatisering van het woningbedrijf staat niet centraal doch veeleer de
correspondentie en de commotie daarover van de minister gemeentelijke
woningbedrijven om te bouwen tot van hem afhankelijke woningbouwstich-
tingen, met daarbij de argumenten de financiële positie van de woning
bedrijven en het niet ter beschikking stellen van woningbouwcontingen-
ten aan gemeentelijke woningbouwbedrijven;
naar aanleiding van de reactie van het platform van gemeentelijke
woningbouwbedrijven heeft de minister zijn streven wat afgezwakt,
echter wel met de dreiging van de instelling van noodfondsen, waarbij
financiële sterke bedrijven de gelden naar zwakke broeders moeten
overhevelen; de zwakke broeders zijn dan 4 grote gemeenten;
de gemeente Zundert wil op tijd klaar zijn zodat het rijk bij gewijzig
de inzichten met de nieuwe plannen van Zundert wel rekening moet
houden. De drie belangen van financiën, werkgelegenheid en bescherming
van huurders zijn daarbij moeilijk te koppelen;
bij financiën geldt immers dat een eigen zelfstandig woningbedrijf
slechts onder financiële voorwaarden van de minister mag worden
ingesteld; rest dus in die situatie alleen aansluiting bij een bestaan
de woningbouwstichting in de regio; daarbij kunnen de reserves in
Zundert blijven;
het betreft dus niet zozeer de vraag of al dan niet privatisering
noodzakelijk is, het betreft slechts het veilig stellen van de
financiële belangen van Zundert;
de privatiseringsnota, waarvan de behandeling in de eerstkomende tijd
wordt toegezegd, mag niet worden gekoppeld aan het antwoord op de vraag
hoe het met het woningbedrijf verder moet;
ook zonder mijn inbreng maar wel moet mijn volle instemming achteraf
hebben de wethouders vanuit dat belang het voorstel gedaan; het is een
dermate belangrijk onderwerp dat de toezending van stukken en informa
tie aan de betrokken commissies vanzelfsprekend is.
De voorzitter zegt vervolgens op verzoek van de heer Verheiien een gecombi
neerde vergadering van de commissies Algemeen Bestuur en Begroting/Finan
cien toe, zulks echter alleen wanneer eindrapporten gereed zijn.
De heer Nelemans betwijfelt de stelling van de voorzitter als zou de
kwestie van het gemeentelijk woningbedrijf belangrijker zijn dan de
privatisering; de behandeling hiervan is al bij de begrotingsbehandeling
toegezegd. Er zijn volgens hem zowel in politiek als organisatorisch
opzicht veel aspecten aan privatisering verbonden. Zaken moeten naast
elkaar en niet na elkaar worden besproken, zo moeten de aspecten van het
woningbedrijf meespelen in de gehele discussie over de privatisering. Zij
moet daarvan niet worden losgekoppeld.
Het bevreemdt de heer Damen dat de heer Nelemans eerst nu zijn opmerkingen
plaatst, terwijl zijn fraktie al veel eerder op een beleid bij de privati
sering heeft aangedrongen. Hij onderstreept wel de essentie van de opmer
kingen dat de zaken niet moeten worden losgekoppeld. De zaken van privati
sering worden nu te veel gebagettaliseerdterwijl eerder vele financiële
aspecten daaraan werden verbonden. Zo is de vraag immers of de vuilnisop
haaldienst moet worden geprivatiseerd niet eens beantwoord.
