- 2 - De heer Damen valt de heer Verheijen bij en acht een diskussie in de betrok ken commissie zinvol. Omtrent stuk nr. VIII inzake brief over vrijheid van meningsuiting van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. De heer Verheijen verzoekt de brochure ter kennis te brengen van de scholen en ter inzage te leggen in de bibliotheek en aan te geven welke methode wor den gevolgd tot bestrijding van fascisme. Het eerste zegt de voorzitter toe, terwijl aan het tweede volgens hem het beste aandacht kan worden geschonken op Koninginnedag bij de ontvangst van gedecoreerden en vrijheidsstrijders door met hen daarover van gedachten te wisselen. Vervolgens wordt omtrent de ingekomen stukken zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het daarbij gestelde besloten. 3. MEDEDELINGEN Omtrent mededeling nr. 2 inzake financieringspositie. Op de daartoe strekkende vraag van de heer Mariinissen antwoordt de voorzitter dat de lening voor zogenaamd kort geld tegen een rente van 9,1 wordt afgelost. Daarbij is in verband met de afsluiting van een lening van 5 miljoen tegen 8,29 rente het financieringstekort voor de gemeente van de baan Omtrent mededeling nr. 3 inzake uitbreiding dienstverband mevrouw van de Brand-Mathijssen merkt de voorzitter naar aanleiding van de daartoe strek kende opmerking van de heer Mariinissen op dat betrokkene 8 uur per week langer werkt op een deeltijdbaan voor 5 halve dagen per week. Omtrent mededeling nr. 4 inzake uitbesteding straatvegen aan de gemeente Rucphen De heer Adriaansen wijst erop dat zijn argumenten tegen deze mededeling nl een arbeidsplaats minder, geen dagelijkse kontrole 3/4 veegtijd minder, door 4 van de 6 commissieleden openbare werken werden overgenomen. Ondanks het financiële geringe voordeel adviseerde de commissie dus tegen deze kwestie. Het college drukt op deze manier weer de privatisering door, nlmet het wegstrepen van weer een arbeidsplaats. De heer Arnouts benadrukt de genoemde argumenten om tegen het voorstel te zijn. Hij is het er mede niet eens zeker niet nu gelet op de vele aktivi- teiten in Zundert het schoonhouden van de straat niet in eigen hand kan worden gehouden. De heer Jacobs uit zich in dezelfde zin en verzoek de mededeling niet uit te voeren en aan te houden. De heer van den Broek meent dat de mededeling beter als een afzonderlijk voorstel had kunnen worden gedaan. Een verwijzing naar de begroting is daarbij wat aan de magere kant. - Een -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1992 | | pagina 13