- 2 -
Wijziging op blz9, 3e alinea, 2e zin Daarbij zou het wellicht mogelijk
zijn om de drukriolering meteen op de hoofdriolering aan te sluiten.
3. INGEKOMEN STUKKEN.
Omtrent stuk nr. 1.4. inzake weigering afgifte verklaring van geen bezwaar
door G.S. ten behoeve van bouw van bedrijfswoning Oude Heistraat.
De heer Mariinissen betreurt het dat geen vooroverleg over de zaak met de
provincie is gevoerd. Hij kan met de inhoud van het gemeentelijke bezwaar
schrift instemmen. Hij verzoekt het kollege alsnog met de provincie te
overleggen over de haalbaarheid van de woning op het aangrenzende perceel.
De huidige woning kan immers niet als bedrijfswoning worden gebruikt. Hij
vindt het jammer dat alles weer zo vertragend en ten nadele van betrokkene
werkt
De heer Adriaensen merkt op dat nu ook weer duidelijk is dat G.S. niet met
de handelwijze van de gemeente kunnen instemmen. Dat is volgens hem juist,
de gemeentelijke argumenten deugen immers niet. G.S. hanteren in de afwij
zing dezelfde argumenten die zijn fraktie in de raadsvergadering van maart
1990 te berde bracht.
Er zijn geen voldoende argumenten voor een medewerking aan de bedrijfswo
ning en er zijn onvoldoende garanties voor de sloop van de huidige woning
Oude Heistraat 3/5. Hij verzoekt de Gedeputeerde Staten te berichten dat
zijn fraktie de gemeentelijke bezwaren niet ondersteunt.
De voorzitter wijst op het gegeven dat de provincie meer bezwaren heeft
tegen extra nieuwe woonbebouwing in het buitengebied, dan tegen bedrijfsbe-
bouwing.
In het bestemmingsplan "niet-agrarische bedrijven in het buitengebied" wordt
de bedrijfswoning op het aangrenzende perceelsgedeelte opgenomen. Met een
verwijzing naar een woning aan de Grote Heistraat ook gelegen in het buiten
gebied en ook alsnog goedgekeurd door Gedeputeerde Staten acht hij de woning
aan de Oude Heistraat haalbaar.
Niet de raad doch het kollege schrijft het bezwaar; het verzoek van de heer
Adriaensen door het kollege nader wordt beoordeeld.
Omtrent stuk nr. VI inzake verzoek deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek om
adhesie aan de motie om sluiting postagentschappen tegen te gaan.
De heer Damen vraagt welke gevolgen het beleid van de PTT voor de postagent
schappen in Zundert kunnen hebben.
Zijn er die dan moet maar adhesie aan de motie worden betuigd, zo meent
hij
De heer v.d. Broek verzoekt informatie over de mogelijkheden om ook in
Wernhout en Klein Zundert een mobiel postkantoor, zoals deze thans ook
Achtmaal aandoet, te laten aandoen.
Hij verzoekt een garantie tot behoud van het mobiel postkantoor in Achtmaal
te vragen.
De heer Verheiien ondersteunt het voorstel van de heer Damen om de motie te
steunen.
De