13
De heer Jacobs betreurt het dat alles al is vastgelegd zonder dat de raad
heeft besloten. Hij verzoekt voortaan eerst de raad in te schakelen.
Vervolgens besluit de raad met algemene stemmen overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders.
13. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VAN F 44.000,-- TEN
BEHOEVE VAN HET BEPLANTINGSPLAN MEIRSEWEG.
De heer Adriaensen wijst op het volgende
met een landschappelijke inpassing heeft het beplantingsplan niet van
doen
het is te eenzijdig nu met de Meirseweg 5 verschillende landschappelijke
types gemoeid zijn;
daarin horen zeker niet lindebomen, zij kwamen in Zundert niet voor, wel
eiken berken en dennen, die echter worden gerooid, een grote tegenstrij
digheid;
van het beplantingsplan bij de oorspronkelijke rekonstruktieplannen
opgesteld door de provincie in samenwerking met de Brabantse milieu
federatie is niets meer terug te vinden, terwijl zijn fraktie daarmede
wel had ingestemd.
Het eerste plan zou immers worden geaktualiseerd en worden aangepast aan
de landschappelijke situatie;
beukenhagen zouden worden behouden en die ter hoogte van nr. 37 zou
worden hersteld, terwijl de stuifduinen zouden worden behouden,
het is frusterend te konstateren dat niets van de oorspronkelijke plan
nen overeind blijft, er wordt met de arrogantie van de 2e macht bestuurd
en dat heeft maar weinig met democratie te maken.
Duidelijk is dat het kollege bij brief van 6 maart 1990 aan zijn fraktie
heeft geschreven dat de plannen zonder nauwelijkse gevolgen voor het
beplantingsplan zijn geaktualiseerd.
De heer Arnouts dringt er op aan het beplantingsplan bij voorrang uit te
voeren. Hij betreurt het overigens dat bomen alsnog na de rekonstruktie
moeten sneuvelen.
De heer Jacobs verzoekt teneinde verkeersongevallen te voorkomen, te
beoordelen de bomen verder uit elkaar te planten en een informatiebord
nabij de rotonde met de Hofdreef te plaatsen. Hij ondersteunt de suggestie
van de heer van den Broek in de commissie, ter hoogte van de laatste
bebouwing rododendrons te planten.
De heer van den Broek vraagt naar het resultaat van het overleg met de
staatsbosbeheer
Los van het antwoord op zijn vraag naar de beoordeling van de mogelijkheden
om coniferen in het langs de Meirseweg aanwezige bos te planten, handhaaft
de heer Vanlaerhoven zijn steun aan het voorstel.
De heer van der Kloot antwoordt als volgt
het beplantingsplan borduurt voort op het landschapsbeleidsplan, het
wijkt wel van eerdere plannen af, doch is bedoeld om Zundert veel meer
als boomkwekerij gemeente te profileren.
het plan is een aanmerkelijke verbetering, temeer omdat het praktisch
overal tweezijdige beplanting kent, het eerste plan was veel te mager;
daarom ook kost het tweede veel duurder;
- in -