3
De voorzitter stelt dat al dergelijke aspecten via de commissie weer te
rug naar de raad worden gebracht.
Vervolgens besluit de raad omtrent de ingekomen stukken zonder hoofdelij-
ke stemming overeenkomstig het daarbij gestelde.
2. MEDEDELINGEN.
Omtrent mededeling 1 inzake financieringspositie.
De voorzitter verklaart op de daartoe strekkende opmerking van de heer
Marijnissen dat ter dekking van de investeringen een lening op de geld
markt in plaats van op de kapitaalmarkt wordt genomen. De rente op de ka
pitaalmarkt is vrij hoog zodat op de geldmarkt geld wordt geleend. De
ontwikkelingen van de rente worden nauwgezet gevolgd. Overigens is bij de
investeringen de rente hoog geraamd, zodat de gemeente zich geen buil kan
vallen bij lagere rente van leningen op de geldmarkt.
Vervolgens neemt de raad de mededeling zonder hoofdelijke stemming voor
kennisgeving aan.
3. VOORSTEL TOT HET VASTSTELLEN VAN EEN VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR EEN AAN
TAL DELEN VAN HET BUITENGEBIED VAN ZUNDERT.
De voorzitter merkt op dat naar aanleiding van de discussie in de commis
sie de kaart op onderdelen is bijgesteld en dat in het besluit het aan-
legvergunningvereiste is opgenomen.
De heer Nelemans onderstreept het principe dat een voorbereidingsbesluit
noodzakelijk is. Gelet op wat onduidelijkheden over de omvang van het ge
bied en de inhoud van het aanlegvergunningvereiste stelt hij voor de be
slissing op het voorstel aan te houden, een commissievergadering te be
leggen en het besluit op 19 december aanstaande vast te stellen.
De heer Adriaensen stelt het volgende
- op de kaarten van de gemeente en die van kleinere gekleurde kaart van
de ruilverkaveling, waren geen verschillen in de begrenzing van het ge
bied van het voorbereidingsbesluit;
- in de commissie is duidelijk afgesproken dat er een juridische water
dichte tekst van het aanlegvergunningvereiste in het besluit wordt op
gesteld;
- bestuurlijk is de gemeente zover dat een nieuw bestemmingsplan voor het
buitengebied vooraf moet worden gegaan door een voorbereidingsbesluit
gericht op de meest gevoelige gebieden, nlde gebieden van de ecologi
sche hoofdstructuur zoals die uit het streekplan blijkt;
- ongewenste ontwikkelingen zoals bebouwing in die gebieden moet nu een
maal worden voorkomen;
- de grens van het voorbereidingsbesluit loopt evenwel niet parallel met
die van de ecologische hoofdstructuur doch het principe is er en dat
moet met een compromis volgens het voorstel en de kaart worden ge
volgd;
- alle raadsfrakties zijn voor het buitengebied met zijn natuur en re
creatiewaarden verantwoordelijk; woorden moeten in daden worden omge
zet
- de agrariërs ondervinden van het besluit geen nadelen doch soms ook
voordelen;
- er -