- 4 -
uiteraard anders ingekleed dan in Zundert; in april 1992 wordt aan de
commissie voor het georganiseerd overleg de flexibele beloning voorge
legd.
Op de opmerking van de heer Verhei jen dat het college slechts die passages
in de algemene beschouwingen met een vraagteken heeft beantwoord, antwoordt
de voorzitter dat het juist beheersvragen zijn over de gemeente die los van
de begroting en tijdens andere vergaderingen van de raad kunnen worden
gesteld; dat is nu niet de diepgaande discussie over zaken die Groen
Zundert zich voorstelt, zo stelt hij.
De heer Vanlaerhoven stelt namens de Agrarische fraktie zich te kunnen
vinden in het resultaat van de discussie tussen de voorzitter en de heer
Damen over de spreektijd in de raad.
De heer Roks merkt op dat zijn voorlezen van de algemene beschouwingen van
de WD-fractie en zijn reactie daarop als lid van het college uiteraard van
elkaar kunnen verschillen.
Vervolgens brengt de voorzitter de volgende motie in stemming.
(Deze en de volgende moties tijdens de behandeling van de diverse hoofd
functies zijn van de fraktie Groen Zundert)
"de raad der gemeente Zundert in vergadering bijeen d.d. 7 november 1991
verzoekt het college om eerder gedane beloftes met betrekking tot het
vanaf het begin af aan betrekken van raad en commissies bij beleidsont
wikkeling te betrekken vanaf nu daadwerkelijk na te komen.
Daarbij wil Groen Zundert betrokken zien het tijdig behandelen van
nota's welke in opdracht van de gemeente zijn opgesteld."
De heer Van den Broek ondersteunt de motie omdat zijn fraktie op tijdige
behandeling van nota's heeft aangedrongen.
De voorzitter constateert daarop dat deze motie met algemene stemmen is
aangenomen. Hij brengt de volgende motie in stemming.
"de raad der gemeente Zundert in vergadering bijeen d.d. 7 november
spreekt zich uit tegen het privatiseren van de vuilophaaldienst en stelt
alles in het werk de afvalstroom met alle middelen in te dammen."
Op verzoek van de heer Verheiien wordt de motie in het tweeën gesplitst nl.
over het privatiseren en de indamming van de afvalstroom.
Het eerste gedeelte van de motie over de privatisering wordt met de stemmen
van de heren Damen, Jacobs, Marijnissen, Adriaensen en Verheijen (voor) (de
overige leden tegen) met 8 stemmen "tegen" en 5 stemmen "voor" verworpen.
Het gedeelte over de indamming van de afvalstroom wordt niet als een motie
doch als een intentieverklaring vastgesteld.
Hoofdfunctie 1. Openbare veiligheid-
De heren Damen. Verheiien en Vanlaerhoven kunnen met dit hoofdstuk en de
gegeven reacties daarop instemmen.