- 5 -
Hij bestrijdt de stelling dat de raad de lijst heeft vastgesteld, slechts met
de monumentenverordening is dat het geval. Slechts de inventarisatie van
beeldbepalende panden zou aan de commissie worden voorgelegd.
De voorzitter bevestigt dit laatste als antwoord aan de heer Verheijen.
De heer Mariinissen vraagt/stelt het volgende
wordt meegewerkt aan het bouwplan van betrokkene die wil bouwen aan de
achterzijde van zijn perceel dat aan de Kastanjelaan grenst; dat gedeelte
is weer in het voorbereidingsbesluit opgenomen.
het ontbreken van een financieel inzicht in de gevolgen van het komplan
is voor hem onoverkomelijk.
De heer Arnouts vindt het niet juist dat, nu de betrokken bewoners de aanleg
van de Beukenlaan in het verleden hebben mogelijk gemaakt, zij weer zouden
moeten toestaan dat aan de Beukenlaan en omgeving ingevolge het komplan wordt
gebouwd.
De voorzitter antwoordt als volgt
zijn reaktie in de betrokken kommissievergadering over de beeldbepalende
panden kan wellicht tot verwarring leiden, maar het is zo dat de raad
het kollege heeft gemachtigd na advies van de monumentencommissie panden
als beeldbepalend aan te merken.
het betrokken perceel Molenstraat 19/21 is alsnog niet in het voorberei
dingsbesluit opgenomen omdat de exploitant daarvan heeft toegezegd met de
bouw/vernieuwbouw te wachten tot na het advies van de gemeentelijke
monumentencommissie
het komplan is gereed en wordt aan de commissie ROM voorgelegd zodat het
binnen 1 jaar volgens de regels ter inzage kan worden gelegd,
met de betrokken aanvrager voor het bouwen achter op zijn perceel aan de
Kastanjelaan is een oplossing bereikt; het bouwplan wordt volgens de
regels afgewerkt.
het bouwen aan de Beukenlaan heeft voor de mensen die de aanleg daarvan
mogelijk hebben gemaakt zeer wel voordelen.
eigenaars van panden die op de lijst van beeldbepalende panden worden
geplaatst, kunnen indien zij daardoor schade lijden, een verzoek om scha
devergoeding indienen; het betrokken artikel in de monumentenverordening
is gebaseerd op artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening,
een goede inschatting van de mogelijkheden en moeilijkheden alvorens de
panden als beeldbepalend worden aangemerkt is daarom een noodzaak.
De heer van der Kloot merkt op dat op 18 september aanstaande de gemeente
lijke monumentencommissie voor het eerst vergadert en daarin behandelt de
bouwaanvragen van de enkele panden die in principe voor plaatsing op de lijst
van beeldbepalende panden in aanmerking komen. Een belangrijke afweging van
de commissie zal daarbij zeker de financiële afweging zijn, zeker nu de
provincie weer op de post subsidie voor stads- en dorpsvernieuwing, waarin
ook de subsidie voor monumenten en beelbepalende panden wordt verwerkt, met
ca. f 16.000,-- op de gemeente Zundert heeft gekort.
Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.
