12 -
2. derhalve had op basis van de inschrijving bij de Kamer van Koophan
del en plaatselijke verkenningen het bedrijf in dit bestemmingsplan
moeten worden opgenomen;
3. er zijn werknemers uit Zundert bij het bedrijf werkzaam terwijl ook
flinke investeringen zijn gepleegd, zodat niet opname, gelet op de
onmogelijkheid tot verplaatsing, niet redelijk is;
4. gelet op het gelijkheidsbeginsel dient het bedrijf alsnog te worden
opgenomen.
BWeerlegging
Het bezwaarschrift tracht teniet te doen het raadsbesluit van 10 april
1990 tot ongegrondverklaring van het Arobbezwaar van betrokkene tegen
het raadsbesluit van 31 augustus 1989 tot weigering voor het onderhavi
ge bedrijf op het kadastrale perceel sektie E. nr. 4006 en gelegen aan
de Lentsebaan een partiële wijziging van het ter plaatse geldende be
stemmingsplan vast te stellen. Voorts heeft op 31 augustus 1990 de
voorzitter van de afdeling Rechtspraak van de Raad van State het ver
zoek van de heer L.A.M. HavermansLentsebaan 7 te Wernhout tot schor
sing van de aanschrijving van 13 maart 1989 tot verwijdering van de
zonder en in strijd met de vergunning gebouwde schuur behandeld.
Op 3 september 1990 is dit schorsingsverzoek afgewezen. Deze afwijzing
houdt in dat zonder de behandeling in hoofdzaak van de bouwvergunning
en de bestemmingsplanwijziging door de afdeling Rechtspraak af te wach
ten kan worden opgetreden en de loods/bedrijfsruimte kan (worden) ver
wij derd.
Daarmede werd het standpunt van het gemeentebestuur dat het bedrijf
niet voor legalisatie in aanmerking kwam, omdat het op het moment van
de inventarisatie van de niet-agrarische bedrijven niet aanwezig was,
bevestigd. Sedert de inventarisatie zijn overigens -beleidsmatig- geen
nieuwvestigingen van 'niet-agrarische bedrijven in het buitengebied'
toegestaan. Bovendien is verplaatsing naar het bedrijventerrein volgens
het college van burgemeester en wethouders mogelijk.
CAdvies
De commissie adviseert uw raad in meerderheid het bezwaar ongegrond te
verklaren. De WD-fraktie acht het bezwaar gegrond omdat de in het plan
gehanteerde beleidslijn eerst na de vaststelling kan worden gehanteerd.
Het bedrijf komt dus voor opname in het plan in aanmerking. De fraktie
Werknemersbelangen acht het bezwaar eveneens gegrond, omdat volgens
haar de oppervlakte van de nieuwe bedrijfsruimte gelijk is aan die wel
ke er stond.
D. De heren ArnoutsRoks en de fraktie Werknemersbelangen achten het
bezwaar gegrond, de CDA, Agrarisch Belang en Groen Zundert vinden het
bezwaar ongegrond.
Beslissing het bezwaar wordt met 10 stemmen 'voor' en 5 stemmen
'tegen' ongegrond verklaard.
- Achterste -