22 augustus 1991, nr. 1
Notulen van de openbare vergadering voor
wat betreft agendapunt 5 van de raad der
gemeente Zundert, gehouden op 30 mei 1991
om 19.30 uur in de hal van het gemeente
huis
Aanwezig zijn de leden
Voorzitter is de heer
Sekretaris is de heer
de heren P.J.S.M. Adriaensen, J.A.C. An-
tonissen, A.P.A.J. ArnoutsL.J.M. van
den Broek, J.J. Damen, A.H.J.C. Jacobs,
A.M.M. v.d. Kloot, C.A.M. Marijnissen,
F.C.M. de Meijer, R.J.H.M. Nelemans,
H.J.M. PoppelaarsJ.C.H. Roksmevrouw
M.P.F. Sprenkels-van Dijck en de heren
C.J.A. Vanlaerhoven en A.J.P. Verheijen
N.A.J. Molhoek, burgemeester.
A.J.M. Anthonissen, loco-sekretaris
5. VOORSTEL TOT HET VASTSTELLEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN "NIET-AGRARISCHE BEDRIJ
VEN IN HET BUITENGEBIED".
De voorzitter laat de discussie daarover splitsen in die over het plan zelf
en die over de beslissing op de bezwaren. Slechts wanneer een fraktie afwij
kende standpunten heeft dan die welke in de commissie Algemeen Bestuur zijn
geuit en die in de nota zijn verwoord, kan daarover een nadere verklaring
worden afgelegd.
De heer Vanlaerhoven verklaart het volgende
- gelet op de uitgangspunten dat nieuwvestiging van niet-agrarische bedrijven
wordt geweerd en dat slechts bestaande met een redelijke uitbreidingsmoge
lijkheid van bedrijfsbebouwing worden vastgelegd, is er thans ca. 50.000 m2
bedrijfsbebouwing in het buitengebied aanwezig. Deze mag met 10.000 m2 tot
60.000 m2 worden uitgebreid;
- voor nieuwvestiging van niet-agrarische bedrijven dient op korte termijn
een goede lokatie voor een bedrijventerrein te worden aangewezen;
- de loonbedrijven moeten alle niet in dit plan doch in het bestemmingsplan
Buitengebied worden opgenomen.
De heer Verheijen stelt het volgende
- het college stelt wel dat met het plan aan een politieke wens om een be
heersinstrument en beleidsvisie inzake niet-agrarische bedrijven te hebben,
tegemoet is gekomen, doch van wie is deze politieke wens dan wel, dit klemt
temeer, nu gelet op de bezwaarschriften de raad wordt voorgesteld diverse
bedrijven toch weer meer uitbreidingsmogelijkheid toe te kennen;
- op tenminste 6 punten wijkt de WD-fraktie af van het collegestandpunt
waarbij in een zaak voorts ook familiezaken in het geding zijn;
- daarom moet de betrokken WD er zich op grond van artikel 52 van de gemeen
te zich van stemming onthouden;
- het college is volgens de nota dus verdeeld; wat zijn daarvan de gevolgen
voor de toekomst en kan de WD-fraktie dit plan nog wel goedkeuren?;
- de -
