- 16 -
ook al zou kunnen worden meegegaan met de stelling van de advokaat, dat
de overgangsbepaling van toepassing is, dan nog moet het beroep door de
raad ongegrond worden verklaard; de strijdigheid van het bouwplan met het
bestemmingsplan wordt immers vergroot, terwijl dat juist op grond van het
overgangsrecht weer niet mag;
de andere voorbeelden die sommige sprekers aanhalen zijn niet gebaseerd
op het overgangsrecht;
een praktisch ander gebruik, waarvoor de raad in beroep in het verleden
vrijstelling ingevolge artikel 352 van de gemeentelijke bouwverordening
heeft verleend, vindt zijn vervolg in de vastlegging daarvan in het ont-
werpbestemmingsplan 'niet-agrarischebedrijven in het buitengebied; doch
dit betreft slechts het gebruik en niet de bebouwing, zoals die thans
aan de orde is; de raad beslist straks bij de vaststelling van het ge
noemde onderwerp over dit andere gebruik.
Op de vraag van de heer Lauriissen waarom andere sprekers diskussiëren over
het bouwplan als een tweede bedrijfswoning, antwoordt de voorzitter, dat
zulks indirekt wordt afgeleid uit de bouwaanvrageHet bedrijf heeft immers
al aan de overzijde van de Bredaseweg een bedrijfswoning.
De heer Arnouts handhaaft zijn standpunt en wijst op de gevolgen voor de
gemeente Zundert indien het verzoek nu wordt afgewezen. Er zal een schade
claim worden ingediend.
Hij wijst op de medewerking aan het bouwplan van de heer Jochems aan de
Aardgangstraat voor een tweede bedrijfswoning, waarbij na de weigering van
de medewerking door de provincie, alsnog een oplossing werd gevonden in een
splitsing van de maatschap.
Volgens hem is er thans duidelijk sprake van een vroeger aanwezige woning,
die aanvrager thans wil herbouwen. Wat een woning was mag ook als woning
herbouwd is daarbij zijn stelling.
De heer Mariinissen meent dat de afwijking van het bouwplan ten opzichte van
hetgeen aanwezig is, minimaal is, terwijl juist zeer goed kan worden aange
toond, dat bij het wonen in het bakhuis de vroegere funktie als wonen wordt
voortgezet. Hij wijst op het ongelijk dat de gemeenteraad bij de ongegrond
verklaring van de afdeling Rechtspraak zal krijgen; ook het indienen van een
schadeclaim is het gevolg van dit onjuist handelen.
De heer Adriaensen wijst op het feit dat de kwestie van de tweede bedrijfs
woning bij de heer Jochems een tweede agrarische woning is; hier betreft het
een tweede 'niet-agrarische bedrijfswoning' die slechts bij grote uitzonde
ring door de provincie wordt toegestaan. Het kollege en ook de kommissie
Algemeen Bestuur heeft de zaak juist beoordeeld; er is strijd met het be
stemmingsplan en met het overgangsrecht.
Omtrent de mogelijke indiening van een schadeclaim wijst de voorzitter de
sprekers op de regelgeving daaromtrent in artikel 49 van de Wet op de Ruim
telijke Ordening. Daarin is bepaald dat indien schade wordt geleden als ge
volg van een bestemmingsplan een verzoek om schadevergoeding bij de gemeen
teraad kan worden ingediend. De jurisprudentie van dit artikel wijst uit,
dat deze schade in het algemeen slechts zeer weinig wordt toegekend.
In dit verband wijst de heer Arnouts op de schadevergoeding die ook aan de
heer Nobelen in het verleden is uitgekeerd.
- Vervolgens -