- 5 - 4. VOORSTEL TOT HET NEMEN VAN EEN VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR HET BINNEN TERREIN IN DE BEBOUWDE KOM VAN ACHTMAAL. Zonder diskussie of hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 5. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OMTRENT HET ADVIES VAN DE RAADS COMMISSIE "ALGEMEEN BESTUUR" INZAKE HET BEZWAARSCHRIFT VAN ZEGWAARD B.V. TEGEN HET VOORBEREIDINGSBESLUIT VAN 27 OKTOBER 1988 VOOR HET GEBIED VAN DE VOORMALIGE VUILNISSTORTPLAATS "DE LEEMPUTTEN". Op de vraag van de heer Arnouts of het convenant/de overeenkomst met Zeg waard B.V. over de afdekking van de voormalige vuilnisstortplaats, zoals deze in de vergadering van de kommissie Algemeen Bestuur werd vermeld, al is getekend, antwoordt de voorzitter dat zulks niet het geval is. Overigens is thans de beslissing op het bezwaarschrift en niet de overeenkomst aan de orde De heer Damen merkt op dat ondanks het ontbreken van een overeenkomst toch al steenwol naar de Leemputten wordt gereden. Helaas is volgens hem niet voldaan aan de toezegging in de betrokken kommissievergadering dat het con venant onmiddellijk aan alle leden zou worden toegezonden. Dit is slechts vorige week eerst gebeurd. Hij betreurt het dat het convenant toevalliger wijs bij de raad bekend is geraakt, terwijl het kollege tracht de zaken met Zegwaard zelf af te handelen. Hij verzoekt het convenant op korte termijn in de kommissie Algemeen Bestuur te behandelen en eerst daarna aan de raad aan te bieden. Er moet 17.000 m3 steenwol met ca. 500 vrachtwagens naar de Leem putten worden afgevoerd. In deze steenwol zit plastic, terwijl het in kassen is gebruikt, zodat zeer wel mogelijk daarin resten van bestrijdingsmiddelen nog aanwezig zijn. Het verwijderen hiervan en kostenverhaal is daarbij erg moeilijk, zeker bij Zegwaard B.V., zo stelt hij. De heer Adriaensen merkt op dat de commissie Algemeen Bestuur zich niet goed op de hoorzitting van 19 december 1988 heeft kunnen voorbereiden, nu daar voor het convenant ontbrak, terwijl daarvan eerst uit de brief van Zegwaard B.V. bleek. Daarbij is het aangaan van een overeenkomst geen bevoegdheid van het kollege, doch die van de raad. Dat de uitvoering van de Hinderwet een taak is van het kollege is daarbij volgens hem niet van belang. Hij stelt voor de overeenkomst in de vergadering van de kommissie Ruimtelijke Ordening en Milieu op 30 januari aanstaande te bespreken. Na ondertekening mag immers Zegwaard B.V. met de aanvoer van steenwol be ginnen. Deze steenwol, afkomstig van de Westlandse glastuinbouw, heeft Zeg waard B.V. voldoende in voorraad. Steenwol is daarbij gerecyceld of onge zuiverd, zodat het voor Zegwaard B.V. aantrekkelijk is ongezuiverde steen wol naar Zundert af te voeren. De controle daarop zoals dat in het conve nant wordt vermeld van 42 keer, nl14% op een totaal van ca. 300 vrachtwa gens is daarbij volgens hem onvoldoende zo ook die op de eindafdekkingslaag zodat er een jarenlang durend juridisch steekspel bij gebleken verontreini ging volgt. Hij wijst op het aanbod van de veldpolitie te helpen bij de kontroles, waar op het kollege nauwelijks heeft gereageerd. Hij wijst op het streven van het kollege dat Zegwaard B.V. blijkbaar als lokker wordt voorgehouden dat steen wol naar Zundert mag worden afgevoerd als wordt afgezien van het indienen van een schadeclaim, terwijl voorts een koppeling wordt gelegd naar de over dracht aan de Stichting Behoud natuur en leefmilieu. Lokkertjes zijn daarbij volgens hem op afvalnivo erg gevaarlijk. De

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1989 | | pagina 7