- 3 -
Omtrent stuk nr. IX. inzake brief omwonenden cafés Katerstraat met verzoek
vrije sluitingstijden voor de horeca in verband met
overlast in te trekken.
De heer A. Verheiien verzoekt de briefschrijvers het verslag van de gehouden
vergadering van de evaluatiekommissie over deze zaak toe te zenden.
De heer Roks meent dat de bewoners een onjuiste koppeling leggen tussen de
overlast en vrije sluitingstijden voor de horeca. Er was immers al sprake
van overlast nog voordat de vrije sluitingstijd werd vastgesteld.
Ook de heer Damen onderstreept dit en verzoekt de briefschrijvers zo spoedig
mogelijk te antwoorden.
De voorzitter zegt toe overeenkomstig de verzoeken de bevindingen van de
evaluatiekommissie aan briefschrijvers toe te zenden.
Omtrent stuk nr. X inzake brief van de dames Domen en Lindeboom met de
uitnodiging voor een bezoek aan het kinderdagverblijf
Markenland in Etten-Leur.
De heer C. Verheiien wijst op zijn herhaalde aandrang voorzieningen voor
kinderopvang ook in Zundert te realiseren, zeker nu de gemeenten ingevolge
de Welzijnswet daarvoor zijn aangewezen.
Hij verzoekt de plannen voor een kinderopvang op korte termijn aan de kom
missie Welzijn voor te leggen. Overigens aanvaardt hij graag de uitnodi
ging-
De heer A. Verheiien pleit ook voor de realisering van een kinderdagverblijf
in Zundert. Hij is benieuwd naar de ambtelijke nota die terzake aan de kom
missie Welzijn zou worden aangeboden.
De heer Roks verzoekt dit onderwerp in de komissie Welzijn te behandelen.
De heer Damen uit zich in gelijke bewoordingen als de vorige sprekers.
Vervolgens wordt omtrent de ingekomen stukken zonder hoofdelijke stemming
het daarbij gestelde besloten.
De heer Roks mist vervolgens op de lijst van de ingekomen stukken de brief
van de heer Snellen aan het kollege de gemeenteraad en de leden van de
kommissie Ruimtelijke Ordening en Milieu inzake de kwestie van de opslag
plaats voor aannemers- en sloopmaterialen op een perceel aan de Berkstraat.
Hij verzoekt gelet ook op de kranteberichten in de Stem de behandeling door
de kommissie en de raad af te wachten alvorens konkrete maatregelen tegen
betrokkene worden ondernomen.
De voorzitter merkt op dat deze brief de volgende vergadering wordt
behandeld
3.