13 -
aanvragen om subsidie in de kosten van verharding van toegangswegen naar
niet-agrarische bedrijven en burgerwoningen worden alvorens daarop wordt
beslist, voorgelegd aan de commissie Openbare Werken.
Hij vraagt welk maximaal jaarbedrag de gemeente voor deze subsidierege
ling aanwendt. In eerste instantie was daarvoor volgens de stukken
f 25.000,-- beschikbaar, doch dit bedrag is niet concreet in het voorstel
genoemd, temeer ook omdat de gemeente blijkbaar het maximale subsidiebe
drag van f 10.000,-- per aanvrage, niet meer hanteert.
De heer van der Kloot vraagt of ook eigenaren van de zgn. recreatiewonin
gen, die slechts in het weekend worden bewoond, onder de regeling komen
te vallen.
De heer Nelemans antwoordt dat uiteraard voor publicatie zal worden ge
zorgd. Hij voelt er niet voor het amendement van de heer Adriaensen in de
regeling op te nemen, willekeur bij de behandeling van aanvragen moet bij
advisering worden voorkomen; daarbij is de thans voorgestelde regeling
duidelijk genoeg. In de begroting staat het jaarlijkse voor de regeling
uit te geven bedrag, wordt dit door de vele aanvragen overschreden dan
zal de raad om een aanvullend krediet worden gevraagd. De vraag of een
woning al dan niet als recreatiewoning wordt gebruikt is daarbij volgens
hem niet van belang. Het is immers een woning, zodat deze ook onder de
regeling valt.
De heer Damen steunt het amendement van de heer Adriaensen.
De heer Adriaensen merkt op dat gelet op het geringe aantal aanvragen
deze best eerst door de commissie Openbare Werken kunnen worden behan
deld.
Ook de heer Arnouts ondersteunt het amendement, terwijl de heer Lauriis-
sen ervoor pleit aanvragers niet te lang te laten wachten. De aanvragen
moeten maar door het college zonder inschakeling van de commissie Open
bare Werken worden afgehandeld.
De heren C. Verheiien en van der Kloot ondersteunen deze laatste opmer
kingen.
Vervolgens wordt gestemd over het amendement van de heer Adriaensen om
iedere aanvrage aan de commissie Openbare Werken ter advisering voor te
leggen.
Wie 'voor' stemt, stemt daarmede in, wie 'tegen' stemt, stemt daartegen.
'Voor' stemmen de heren Adriaensen, Arnouts, Damen, Marijnissen, RoksA.
Verheijen en mevr. Voeten.
'Tegen' stemmen mevr. v. Aert en de heren A. Jochems, S. Jochems, v.d.
Kloot, Laurijssen, Nelemans en C. Verheijen.
De voorzitter constateert daarop dat de stemmen met 7 stemmen 'voor' en
7 stemmen 'tegen' staken zodat dit amendement de volgende vergadering
wordt aangeboden.
Vervolgens wordt het voorstel van burgemeester en wethouders over de ge
wijzigde regeling zelf met de stemmen van de heren Adriaensen en A. Ver
heijen 'tegen' (de overige leden stemmen 'voor') aangenomen.
- Voorstel -