- 8 -
Voorts is het een goede bedrijfsschool voor de zelfbouwers, die door
opname van dit artikel teniet wordt gedaan. Hij is tegen dit voorstel.
De heer Damen meent dat het geen taak is van de gemeente om de gevraagde
gegevens te registreren; als de bouwers moeten worden geregistreerd dan
zouden volgens hem ook heel veel andere zaken voor registratie in
aanmerking komen.
Vervolgens wordt gestemd over het collegevoorstel.
Wie 'voor' stemt, stemt daarmede in, wie 'tegen' stemt, stemt daartegen.
'Voor' stemmen de heren Adriaensen, A. Jochems, S. Jochems, Laurijssen,
Nelemans en A. Verheijen.
'Tegen' stemmen mevr. v. Aert en de heren ArnoutsDamen, v.d. Kloot,
Marijnissen, RoksC. Verheijen en mevr. Voeten.
De voorzitter constateert daarop dat het collegevoorstel met 6 stemmen
'voor' en 8 stemmen 'tegen' is verworpen.
8. VOORSTEL TOT HET ONDERVOORWAARDEN AANGAAN VAN EEN OVEREENKOMST VAN DADING
MET EEN DRIETAL PERSONEN.
De heer v.d. Kloot meent dat gelet op de kadastrale grenzen eigendom van
percelen door verjaring in principe niet kan. Hij meent dat de gemeente
in deze kwestie inderdaad maar voet bij stuk moet houden teneinde te
voorkomen dat de 127 grondeigenaren die wel voor de reconstructie van de
Achtmaalseweg en de aanleg daarlangs van fietspaden gronden hebben afge
staan, zich niet bedrogen voelen, indien de gemeente aan deze 3 alsnog
een hogere prijs zou betalen.
De heer Adriaensen stelt de volgende vragen
- denkt de gemeente de zaak te verliezen;
- kost het doorzetten van de juridische procedure meer dan hetgeen de
gemeente nu wil betalen;
- is er sprake van precedentwerking in verband met de interpretatie van
de kadastrale eigendomsgrenzen;
- lost deze akte van dading wel iets op nu de onteigeningsprocedure
blijft doorlopen en er volgens hem te coulant wordt gemeten.
De heer S. Jochems meent dat het zich ten onrechte grond toe-eigenen
nooit kan leiden tot het verkrijgen van eigendom door verjaring.
Hoewel de heer Roks het principe van de onteigening steunt, meent hij dat
toch maar meer met betrokkenen overleg moet worden gevoerd om tot over
eenstemming te geraken.
De heer Mariinissen meent dat het college in de onteigeningsprocedure
niet de voorgeschreven weg heeft bewandeld dan wel nog bewandelt. Daarom
ook dat zijn fraktie tegen de onteigening en tegen de akte van dading is.
Er zijn bij de grondtransakties verschillende prijzen gehanteerd, zodat
het inderdaad moeilijk wordt voor de 127 anderen die al met de grondver-
koop hebben ingestemd.
Hij wijst er op dat de 3 betrokkenen blijkbaar bereid zijn om in minne
lijk overleg gelet ook op de hoge advocaatskosten de kwestie alsnog te
- regelen -