- 4 -
De heer C. Verheiien verzoekt deze brief te behandelen in de commissie
Welzijn/Onderwij s
De voorzitter zegt dit toe.
Omtrent stuk nr. XII. inzake brief SOS wereldhandel over de Max
Havelaarkoffie
De heer A. Verheiien verzoekt de brief te laten circuleren onder de per
soneelsleden zodat zij ook uit de Max Havelaarkoffie zouden kunnen kiezen,
zoals dat trouwens al in veel gemeenten gebruikelijk is. Dit geeft voor de
betrokken koffieplukkers en planters een betere leefomstandigheid.
De heer Mariinissen ondersteunt deze suggestie terwijl de voorzitter lezing
van de brief aan het personeel toezegt.
Omtrent stuk nr. XIII inzake de brief van Diergeneeskunde in Ontwikkelings
samenwerking
De heer C. Verheiien kan niet zo akkoord gaan met de doorzending van deze
brief aan de raad aan de plaatselijke werkgroep; de raad fungeert niet als
doorgeefluik.
De voorzitter merkt op dat juist deze werkgroep voor adviezen in deze zaken
in het leven is geroepen, zodat je deze nu niet moet uitschakelen. Bovendien
ontvangt de werkgroep gemeentelijke subsidie.
De heer Damen meent dat de voorwaarden aan de subsidie de inschakeling van
de werkgroep niet toelaat. Het betreft immers alleen maar een werkgroep voor
ontwikkeling van Zundertse initiatieven en niet van algemene aard. Anders
moet de subsidie maar worden verhoogd.
Omtrent stuk nr. IXV inzake brief van de Brabantse exportsociëteit met het
verzoek als begunstiger toe te treden.
De heer Mariinissen meent dat de vereniging moet worden bericht dat gelet op
de weinige belangen die voor Zundert worden gediend niet voor subsidie in
aanmerking wordt gekomen. Het is weinig zinvol de vereniging tot 1991 op
antwoord te laten wachten.
De heer C. Verheiien onderstreept dit laatste en verzoekt over de brief
advies van de commissie financiën in te winnen en dit advies aan de raad
voor te leggen.
De voorzitter merkt op dat het verzoek niet meer bij de begrotingsbehande
ling 1990 kan worden betrokken. Men is te laat met het verzoek zodat het
voor 1991 wordt behandeld.
Vervolgens wordt omtrent de ingekomen stukken zonder hoofdelijke stemming
overeenkomstig het daarbij gestelde besloten.
3. MEDEDELINGEN.
Omtrent mededeling nr. 1 inzake ontwerpprogramma basiseducatie 1990.
- De -