- 21 -
- het aanzuigeffekt voor de jeugd vanuit de andere gemeenten op Zundert en
de overlast voor de omwonenden van bars worden zeer wel in de belangenaf
weging betrokken, gelet op de voorgestelde gesprekken tussen omwonenden,
politie en horeca-ondernemerstijdens de maandelijkse evaluatiegesprekken
zoals die de heer A. Verheijen voorstelt;
- in deze evaluatiekommssie zal ook de gemeenteraad vertegenwoordigd dienen
te zijn;
- indien uit de evaluatie een negatief oordeel over de vrije sluiting blijkt
dan zal de gemeenteraad ook zijn verantwoordelijkheid kennen en dit
besluit intrekken. Deze verantwoordelijkheid van een eventuele intrekking
ligt dus bij de raad en niet bij het kollege of de burgemeester.
De heer Lauriissen stelt slechts met het voorstel te kunnen instemmen,
indien ook meerdere gemeenten in de regio vrije sluiting kennen. Nu dit
echter niet het geval is kan hij het voorstel niet steunen.
De heer Roks merkt op dat juist een regionale beoordeling van deze kwestie
tot op heden niet heeft plaatsgevonden, zodat de gemeente Zundert maar haar
eigen verantwoordelijkheid moet kennen, omdat Zundert als enige gemeente in
de regio wordt gekonfronteerd met het uitgaansleven door de jeugd en jong
volwassenen in België. Ook horeca-ondernemers hebben volgens hem recht op
een juiste belangenafwegingenjhet eenzijdig beoordelen van deze groep is dan
ook in het geheel niet aan de orde.
Een soepele houding omtrent de huidige sluitingstijd van 02.00 uur geeft de
heer Hoekman volgens hem geen recht tegen het voorstel te stemmen. Er moet
naar het principe worden geoordeeld en niet volgens de praktijk.
De heer van der Kloot ziet niet veel heil in de voorgestelde proefperiode
van 1 jaar. Indien de evaluatie ongunstig verloopt zal zoals thans is ge
beurd in afwijking van het resultaat van de kommissiebespreking, opnieuw
een initiatiefvoorstel worden ingediend.
Het resultaat van het regionale politie en driehoeksoverleg wordt thans niet
meer afgewacht, zo zal de raad ook straks weer op eigen initiatief beslis
sen.
De bevoegdheid tot bepaling van de sluitingstijden is daarbij zeker wel een
bevoegdheid van de burgemeester en niet van de raad. Hij handhaaft zijn af
wijzende standpunt omtrent dit voorstel, en betreurt daarbij dat het weer
om het geld gaat.
De heer Hoekman meent dat de brief van Horeca-Nederland, waarover de heer
Marijnissen sprak niet is gericht aan de gemeenteraad, doch aan het
kollege
De heer Adriaensen wijst er op dat de vertragingen in de bouw van de disco
't Paaltje niet het gevolg is van de handelswijze van zijn fraktie bij de
toen daarvoor gevoerde anticipatieprocedure. Feit is dat het kollege toen
toezeggingen heeft gedaan die het niet heeft kunnen waarmaken. Daarop heeft
zijn fraktie toen het kollege gewezen en daarom ook afgewezen. De verkla
ringen van geen bezwaar zijn echter in eerste instantie door G.S. geweigerd,
doch later alsnog na bezwaar verleend.
Ook de heer A. Verheiien kan niet instemmen met de opmerking van de heer
v.d. Kloot als zou er sprake zijn van een overrompelingstaktiekHij wijst
er eveneens op dat tot op heden geen gesprek met de politie heeft plaats
gevonden; de verwijten daarover moeten niet aan de raad doch aan de voor
zitter worden gericht.
Niet