INLEIDING.
Het is pijnlijk te moeten constateren dat de politieke stabili
teit van onze raad het afgelopen jaar een forse deuk heeft gehad.
Na het uittreden van Groen Zundert uit de coalitie, is de basis
erg smal geworden.
Eén man ziek of met vakantie gaf 7-7 uitslagen, soms tot twee
maal toe.
De vraag mag gesteld worden of dit nodig was, het betrof immers
vaak punten van ondergeschikt belang.
Twijfel kan goed zijn, het zuivert de politieke discussie.
Zwart wit stellingname leidt echter tot niets.
Zeker op lange termijn is een constructieve houding binnen de
gemeenteraad onontbeerlijk.
Wellicht brengen de verkiezingen in 1990 verder uitkomst.
De caolitiebreuk is vorig jaar breed uitgemeten. Inmiddels hebben
we de balans opgemaakt en zijn blij te mogen constateren dat het
accoord in grote lijnen is uitgevoerd.
Verwijten in omgekeerde zin zijn onterecht gebleken.
Natuurlijk heeft de nadruk bij investeringen gelegen op de harde
sector, daar was de grootste achterstand.
Inmiddels zijn er in alle sectoren beleidslijnen uitgezet, die
vertaald kunnen gaan worden in een totaal voorzieningenpakket dat
iedere toets der kritiek kan weerstaan.
Wij zijn tevreden over vier jaar beleid, maar we realiseren ons
terdege dat zelfgenoegzaamheid niet op zijn plaats is.
We moeten waakzaam en allert blijven op wat de gemeenschap nodig
heeft. Daarbij constaterend dat de investeringen van de afgelopen
jaren druk hebben gelegd op de begrotingsruimte.
Concreet betekent dit, dat er prioriteiten moeten worden gesteld.
Wij komen hierop terug bij de te behandelen onderdelen.