11
De heer Adriaensen meent dat geen invulling is gegeven aan de nadere vei
ligheidseisen. De gemeente zelf en niet de heer Mutsters moet de perio
dieke controle uitvoeren. In het contract moet volgens hem de bepaling
worden opgenomen dat Mutsters verantwoordelijk is voor de gevolgen van de
bodemverontreiniging; verrassingen voor de gemeente kunnen dan immers
worden uitgesloten.
In zijn reactie merkt de heer Nelemans op dat niet de gemeente doch Mut
sters verantwoordelijk is voor de uitvoering van de Wet gevaarlijke stof
fen, waarop de heer Adriaensen doelt. Het terrein is niet voor publiek
toegankelijk terwijl ook verlichting aanwezig is, zodat te controleren is
of er onbevoegden op het terrein aanwezig zijn. Indien bij de definitieve
invulling van het parkeerterrein aan de Grote Heistraat blijkt dat dit
qua capaciteit onvoldoende is, dan zal dit terrein als aanvulling daar
voor kunnen worden gebruikt, doch niet als definitief vrachtwagenparkeer
terrein aan de noordzijde van Zundert doch slechts als tijdelijke.
Slechts ter beperking van het brand en explosiegevaar is gekozen voor de
vorm van één beheerder en één verantwoordelijke firma. Daarom behoeft
daaromtrent geen aanvulling in het huurcontract te worden opgenomen.
De heer Mariinissen handhaaft zijn stelling dat het terrein door andere
vrachtwagens dan die van Mutsters, doch wel onder diens verantwoordelijk
heid moet kunnen worden gebruikt. Hij vraagt daarover stemming.
De heer van der Kloot kan dit niet steunen, omdat onderverhuur aan der
den, terwijl de eerste huurder verantwoordelijk blijft, in de praktijk
niet is te regelen.
De heer C. Verheiien vindt het amendement van de heer Marijnissen te ver
strekkend en wil eerst het resultaat van de onderhandeling met Mutsters
over mogelijk meergebruik afwachten.
De heer Arnouts kan het amendement ook niet steunen.
Vervolgens wordt het amendement van de heer Marijnissen met de stemmen
van de heren Damen en Marijnissen en mevr. Voeten 'voor' (de overige
leden stemmen 'tegen') verworpen.
Op de daartoe strekkende opmerking van de heer Adriaensen inzake de nale
ving van de Wet Gevaarlijke Stoffen en de periodieke controle door de ge
meente antwoordt de voorzitter dat de opsporingsbevoegdheid in deze bij
de rijkspolitie berust en dat de gemeente terzake geen bevoegdheden
heeft
De heer C. Verheiien pleit ervoor dat ook de omwonenden van het voorgeno
men gebruik door Mutsters op de hoogte worden gesteld.
Vervolgens wordt met algemene stemmen overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.
VERVOLGENS SCHORST DE VOORZITTER DE VERGADERING OM 21.05 UUR. DEZE WORDT OM
21.20 UUR HEROPEND.
voorstel