-13-
Het verbaast de heer Damen dat enkele frakties uit de coalitie zich zo maar
distantiëren van eerder ingenomen standpunten.
Hij betwijfelt of na deze gang van zaken en die van de privatisering van
sportkantines nog wel de juiste mensen aan het roer van het gemeenteschip
staan.
Slechts gelet op de bij de Marvo en anderen die ter plaatse plannen hadden,
gewekte verwachtingen, kan hij met tegenzin met het voorstel tot aankoop
instemmen.
Daaraan verbindt hij de voorwaarde dat het pand niet mag worden gesloopt doch
als bedrijfsverzamelgebouw moet worden aangewend.
Hij verzoekt het kollege voortaan, indien dergelijke plannen gepaard gaan
met veel omvangrijkere problematiek en de realisering van mogelijke andere
plannen, zulks steeds tijdig voor een fundamentele diskussie aan de betrok
ken kommissie om advies voor te leggen.
Hij vindt het frappant dat het kollege plots thans wel de eerdere plannen-
/voorstellen van zijn fraktie vanaf de Stuivezandseweg nabij Klein Zundert
een verbindingsweg naar de Bredaseweg aan te leggen en zulks wel als
ontsluitingsweg voor de nieuwbouwwijken in Klein Zundert, overneemt.
De heer Roks stelt slechts op basis van bij de Marvo gewekte verwachtingen
met het voorstel te kunnen instemmen, daarbij uitsluitend thans geen
uitspraak te doen over de plannen voor de aangrenzende gronden.
De heer C. Verheiien meent dat de aanhouding van de beslissing in de vorige
vergadering een logisch gevolg was van het feit dat niet tijdig de betrokken
kommissie om advies was gevraagd.
Hij verzoekt de voorzitter hem de gedragslijn van de toegestane diskussie in
relatie met de betrokken bepaling in het reglement van orde over besproken
zaken in kommissievergaderingen uiteen te zetten.
De voorzitter reageert met de opmerking dat inderdaad na ingewonnen advies
met een een stemverklaring in de raadsvergadering zou kunnen worden volstaan,
doch hij laat diskussie toe, indien blijkt dat zaken aan de orde worden
gesteld die niet in de betrokken kommissievergadering zijn besproken, zeker
indien het zoals hier beleidszaken betreft.
De heer Adriaensen benadrukt dat de reden voor de aanhouding van de beslis
sing was met name het feit dat niet aan de voorgeschreven procedurele weg was
voldaan.
De heer Nelemans wijst de heer Damen erop dat de zaken niet moeten worden
omgedraaid. Er is immers sprake van de aanleg van een weg, waarlangs een
aantal plannen is geschapen, zodat de aanleg ook inderdaad financieel
mogelijk wordt.
Het is niet de realisering van een aantal plannen met daarlangs een weg.
Uit zijn eerste reaktie moet duidelijk zijn dat het tracé van de Hofdreef
niet kan worden gewijzigd in verband met de onmogelijkheid van de aankoop van
de gronden en dat het pand moet worden gesloopt, gelet op de daarmee gepaard
gaande vergroting van de verkeersveiligheid op de parallelweg langs de
Bredaseweg.
Volgens hem gaat voorts het argument, dat maar met de aankoop wordt
ingestemd, omdat verwachtingen zijn gewekt, niet op; bij aankopen wordt
altijd gewezen op de instemming daarvoor door de raad en de goedkeuring
daarvan door Gedeputeerde Staten.
- Vervolgens -