- 3 -
De heer A. Jochems zegt toe de opmerkingen van de heer Marijnissen
in de vergadering van het algemeen bestuur van het schap van 30
maart aanstaande naar voren te brengen.
De heer Marijnissen verzoekt daarop in ieder geval het resultaat
van zijn voorstel mede te delen.
De voorzitter zegt daarop een schriftelijke mededeling van de reaktie
van het algemeen bestuur toe.
Omtrent stuk nr. VI inzake aktieplan Regionaal Werkgelegenheidsinstituut.
Mevr. Grooten onderstreept het belang van het plan voor Zundert en ver
zoekt de kommissie financien te informeren over het resultaat van de
kontakten van het kollege met het instituut.
De voorzitter merkt op dat hij tijdens de eerste bespreking met de
betrokken portefeuillehouders het volgende naar voren heeft gebracht
- meer flexibliteit, zoals in Belgie, bij de afvloeiing van werkkrachten;
- de bestemming van leegkomende gebouwen in het kader van de bestrijding
van de werkloosheid.
In dat laatste verband noemt hij het voormalig seminariekomplex Wernhouts-
burg.
Op de vraag van de heer Marijnissen wat de mogelijk plannen hiervoor zijn
informeert de voorzitter hem over de gevangenisplannen. Er zouden 200
cellen kunnen komen met een werkgelegenheid voor 40 tot 100 mensen.
Omtrent stuk nr. VII inzake brief St. Antibontcomitë omtrent tegengaan
van pelsdierenfarms via voorbereidingsbesluiten.
De heer Marijnissen verzoekt het kollege de foutieve informatie van de
stichting over- 2 nertsfokkerijen in Zundert, zoals die blijkt uit
de ambtelijke notitie, door te geven aan de stichting. Naar zijn mening
moeteen de gevraagde voorbereidingsbesluiten in de kommissie Ruimtelijke
Ordening en Milieu worden besproken. Zijn fraktie neemt thans nog geen
standpunt in over het al of niet tegen van dergelijke fokkerijen.
De voorzitter merkt op dat dergelijke bedrijven worden beoordeeld in
het kader van het nieuwe bestemmingsplan buitengebied; in die zin
moet dan ook de voorgestelde kennisneming worden uitgelegd.
De heer Verheijen ondersteunt de aktie van de stichting en wijst
er op dat dergelijke bedrijven bij de uitvoering van het Hinderwet-
uitvoeringsprogramma aan de orde moeten komen.
De voorzitter antwoordt daarop bevestigend.
Naar de mening van de heer Roks vallen ook konijnenfokkerijen en slachterijen
onder pelsdierenfarmsBij parttimebedrijven kan men volgens hem immers
ook best naar deze handel overschakelen.
Hij maant daarom tot enige voorzichtigheid, temeer omdat er al konijnen
fokkerijen in Zundert zijn gevestigd.
Omtrent stuk nr. VII inzake brief van 4 maart 1987 van ingenieursburo
Haagen B.V. tot inschrijving van werken.
De heer Verheijen merkt op dat het bedrijf in principe inschrijft op
de bouw van een multifunktioneel centrum, dat immers als hoogste
prioriteit op de begroting van 1987 is vermeld. Hij informeert naar
de planning van deze bouw.
- De -