- 24 - In antwoord op een daartoe strekkende opmerking waarom de heer A. Jochems de ze zaak niet behandeld antwoordt dé voorzitter de heer Arnouts dat de heer Nelemans deze aangelegenheid behandeld; de heer-S^ Jochems behandelt slechts de woningtoewijzing, een en ander zoals overigens in de portefeuilleverdeling is aangegeven. In verband hiermede was ook de heer Nelemans en niet de heer A. Jochems aanwezig op de vergadering van de regionale volkshuisvestingscom missie De héér Vetheijen wijst de heer Nelemans erop dat de circulaire van de staats- sekretaris niet vermeld dat het volgen van zijn aanwijzingen ook dwingend is voorgeschreven. Deze autonome bevoegdheid van de gemeenteraad wordt echter weer niet teniet gedaan door de stelling dat bij het niet-doorvoeren maatre gelen zullen worden getroffen. Dit is naar zijn mening een chantagepolitiek, waardoor de gemeente altijd moét bloeden. De gemeente is het volgens hem aan de laagstbetaalden en de minst bedeelden verplicht de huurverhoging af te wijzen. De h6er Róks verzoekt het ministerie te Vragen of met de voordelen van de herfinanciering voor woningbouwleningen de huurvèïhoging door de gemeente kan worden betaald. De héér Marijnissen wijst op de consequenties toen bleek dat ook Dij de herfinan ciering van de leningen de huurder niet werd geholpen. Een daarvan is dat nu maar geen huurverhoging moet worden doorgevoerd. Volgens hem hadden ook de huurders van deze herfinanciering kunnen profiteren; men moet ze niet al leen met de lastenverzwaring opzadelen. Het is voor huurders thans aantrekke lijker een woning te kopen, ook al kan men deze niet betalen, men krijgt dan immers toch wel voordelen. Hij handhaaft het beleid van zijn fraktie dat de huurderving slechts in uitzonderingsgevallen met een huurverhoging zouden mogen worden geconfronteerd. Daar blijkbaar het collegevoorstel door de raad zal worden afgestemd moet het college^aldus de heer NelémAns,wel degelijk naar de staatssekretaris luisteren. Een minimale mogelijkheid van overleg is daarbij de suggestie van de heer Roks. Hij wijst nogmaals uitdrukkelijk op het feit dat het niet-vast stellen consequenties zal hebben,omdat het systeem van de huren berust op zg. vangnetconstructies waarbij individuele huursubsidie ook in het geding is. Als de huurverhoging niet wordt doorgevoerd heeft dit voordelen voor de mensen die de huur wel kunnen betalen, terwijl voor personen die dat niet kunnen, het voordeel juist via de huursubsidie kan worden binnengehaald. Hij wijst op de gigantische bedragen die bij de huurverhoging meespelen. Voor Zundert is dit ca. 150.000,doch voor grote gemeenten is dat uiteraard een veelvoud daarvan, terwijl daarvoor niets in de plaats zou moeten komen. Dat is volgens hem irreeel en in Den Haag niet haalbaar. Hij stelt dat de suggestie van de heer Roks zeer moeilijk haalbaar is. Je kunt als vergelij king met Don Quichotte wel tegen de watermolens ten strijde trekken, doch je wordt zo door een ss-20 raket van de baan geveegd, zo stelt hij. De voorzitter vat vervolgens de argumenten van de heer Nelemans als volgt samen - bij niet-opvolging van de huurverhoging neemt de minister financiële maat regelen, nl. verbreking of vermindering van de financiële rijksbijdrage in de woningwetcomplexen van de gemeente Zundert; - Gedeputeerde Staten of de minister dragen het besluit ter vernietiging voor aan de Kroon,omdat het in strijd met de wet is genomen. Voorts is het volgens hem niet zo,dat het college met veel animo het voor stel doet, het voelt zich slechts gedwongen dit voor te stellen, gelet op de bovengenoemde negatieve consequenties. - De -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1987 | | pagina 166