- 9 - De heer Arnouts Ik heb van de heer Hoekman, in de tijd dat hij nog wethouder was, begrepen dat er plannen zouden worden ontwikkeld om tot de aanleg van een visvijver te komen. Hoe is de stand van zaken? De voorzitter Ik heb met beide voorzitters van de visverenigingen afzonderlijk gesproken. Ik heb daarbij gekonstateerd dat er moeilijkheden zijn; deze lijken mij echter wel te overbruggen. Eind juni aanstaande zou ik met beide voorzitters gezamenlijk een gesprek kunnen hebben. Daarbij hoop ik dat de visgelegenheid voor de leden van beide verenigingen zou kunnen worden bevorderd. In de genoemde gesprekken is uiteraard ook de aanleg van de nieuwe visvijver aan de orde ge weest. Daarbij heb ik namens het kollege gesteld, dat het voor de gemeente ge makkelijker zou zijn indienvanuit een gelijk standpunt van beide verenigingen wordt gesproken. Het is dan voor de gemeente gemakkelijker de nieuwe mogelijkheden te onderzoeken. Dan zouden immers alle Zundertenaren van de nieuwe visgelegenheid gebruik kunnen maken. Eind juni hoop ik, zoals gesteld met beide voorzitters van de visverenigingen, een nieuw gesprek te voeren. De heer Arnouts Ik begrijp dat u het antwoord op mijn vraag omtrent een definitieve lokatie voor de visvijver ontwijkt. De voorzitter Ik ontwijk niets, er zijn immers daaraan meer aspekten verbonden dan u denkt. Ik noem u de ontgrondingsvergunning die moet worden verkregen, anders kun je geen vijver uitgraven. In verband daarmede is het kollege met iemand uit de omgeving van de oude vuilnisbelt in onderhandeling. Indien blijkt dat met de uit de ont gronding vrijkomende grond de vuilnisbelt kan worden afgedekt, dan kan daar een visvijver worden aangelegd voor beide visverenigingen. Het is thans echter nog te prematuur verder op deze zaak in te gaan, anders worden onnodig verwachtingen gewekt. Dit ook heb ik tegen beide voorzitters van de visverenigingen gezegd. Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het gestelde onder punt X besloten. Omtrent stuk nr. XI. Inzake subsidieverzoek 1987 van de Voetgangersvereniging V.B.V. De heer Damen In principe moet deze vereniging worden ingeschakeld bij de verkeersproblematiek in De Berk. Deze vereniging doet erg goed werk, zodat ik mij met het verzoek om subsidie kan verenigen. De voorzitter Indien de vereniging eerder dan 1987 subsidie wordt toegekend, dan zou de vere niging bevoordeeld worden ten opzichte van andere verenigingen die nog wachten op een beslissing op hun verzoek om subsidie voor 1987. Het principe is daarom gelijke monniken, gelijke kappen. De heer Damen Dat begrijp ik, doch ik verzoek u mijn standpunt in de overwegingen te betrekken. De voorzitter Daarom zal dit overeenkomstig uw verzoek eerder deze avond duidelijk in de notu len worden vastgelegd. Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming omtrent de stukken onder XI overeen komstig het daarbij gestelde besloten. -B-

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1986 | | pagina 166