- 7 - De heer A. Jochems De brief is op 23 maart jongstleden ontvangen. Omdat deze aan de raad was ge richt is hij ook aan de raad aangeboden, anders had u gezegd waarom is de brief niet eerst aan de raad aangeboden. De voorzitter De gemeentewet kent de bepaling dat de voorzitter een aan de raad gerichte brief zo mogelijk terstond in de vergadering van de raad moet brengen. Ik heb slechts aan deze verplichting voldaan. Iedereen wordt geacht de wet te kennen. Vervolgens wordt omtrent stuk nr. IV ad 1 zonder hoofdelijke stemming overeen komstig het gestelde van het kollege met inachtneming van de behandeling in de eerstvolgende vergadering van de commissie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting op 4 juni aanstaande besloten. Omtrent stuk nr. IV.2. Inzake de brief van de fraktie Werknemersbelangen betreffende de medewerking aan incidentele bouwplannen in Klein-Zundert. De heer Roks Het betreft het feit dat de gemeente niet medewerkt aan bouwplannen in de fasen, die nog niet in uitvoering zijn genomen. In hoeverre is het kollege alsnog bereid medewerking aan bouwplannen aan de Klein-Zundertseweg en de Kapellekestraat te verlenen. Het is bebouwing van percelen die in eigendom zijn van betrokkenen. De heer Marijnissen Er zullen nog wel meer brieven van onze fraktie volgen. Enige tijd gelegen was immers een onderwerp van onze fraktie aan de orde, die de raad niet wilde behan delen. Zodoende volgen we deze handelwijze maar. De aanleiding van deze brief is de klacht van een aantal mensen, die een perceel grond in eigendom hebben. Op grond van het bestemmingsplan kan daarop worden gebouwd. Bij interesse om te bou wen wil men dat logischerwijs op korte termijn doen. Een van de redenen om te bouwen is dan de economische opleving en de lage rentestand. Het is goed voor de gemeente dat zijn inwoners een dergelijke instelling en ondernemingsgeest hebben. Het is jammer dat men de gemeentelijke muur echter niet zo kan doorbreken. Op ambtelijk niveau past men een vertragingstaktiek toe, zodat de mensen te lang moeten wachten. Dit houdt dan weer in dat men geen afspraken kan maken over de bestaande huizen, waarin men woont. Men kan niet vooruit. Op het moment van de goedkeuring had het kollege maar aan de verzoeken moeten medewerken. De mensen die aan de Kapellekestraat willen bouwen, hebben inmiddels bericht ontvangen van de gemeentelijke medewerking; er moet echter nog wel een bezwarenprocedure wor den gevolgd, dit brengt weer de nodige vertraging met zich mee, terwijl ook de financiële bijdrage nog niet bekend is. Nu het eind mei is, verzoek ik het kolle ge aan te geven of inderdaad de financiële bijdrage al bekend is, een en ander zoals in de korrespondentievermeld is. De heer Aerts wil op een strook grond van zijn vader aan de Klein-Zundertseweg bouwen; deze strook grond ligt nog niet in een gebied dat de gemeente in exploitatie heeft genomen. Betrokkene ontvangt een afwijzing met de medeling over ca. 5 jaar zijn verzoek nog maar eens te herhalen. Dit is voor zowel betrokkene, als de gemeente een slechte zaak, omdat de gemeen te vergeet zaken te doen op het moment dat het kan. Het perceel ligt aan 2 zij den aan een verharde weg, terwijl de gemeente geen bijdrage ontvangt ook. Nu het betrokken perceel deel uitmaakt van een groter geheel, zou het logisch geweest zijn dat de gemeente onderhandelingen aanknoopte tot aankoop van deze gronden. Het is onverstandig van de gemeente dit niet te doen. Ik wijs op eerdere onder handelingen, die bijzonder snel zijn afgerond, terwijl de gemeente echter voor de toekomst weinig gronden meer in reserve heeft. De gemeente moet dus gronden gaan aankopen. Men is zeker in de kleine gemeenschap van Klein-Zundert goed van de gemeentelijke gang van zaken op de hoogte, zodat de kwestie op een redelijke manier had kunnen worden opgelost. Nu dit niet het geval is, kan dit bij de ge meente nog wel eens op moeilijkheden stuiten. Deze kwestie wordt maar weer eens -op-

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1986 | | pagina 164