- 13 -
De voorzitter:
De gemeente is doende om via informatie van de direkt belanghebbenden achter
de juiste plekken,waar de vervuiling het meest valt te vrezen, te komen; der
halve naast de plekken die via het rapport van de Heidemij bekend zijn.
Er zou informatie zijn waaruit blijkt dat op een andere plaats een on
derzoek moet worden ingesteld. Het is dan ook de bedoeling van het kollege
om de uitslag van dat onderzoek ter beschikking van de belanghebbenden te
stellen teneinde hen in de gelegenheid te stellen dat onderzoek te gebruiken
bij de instelling van een aktie tot schadevergoeding ingevolge artikel 1401
van het Burgelijk Wetboek, ook al zou uit dit nader onderzoek blijken dat
de gemeente verantwoordelijk is.
De gemeente moet in deze korrekt handelen en is daarom bereid de uitslag van
dit onderzoek aan de belanghebbenden ter beschikking te stellen. Men kan dit
dan als bewijsstuk gebruiken.
Omtrent de mededeling onder nr. 4 Begroting 1985 Woonwagenschap Breda.
De heer Jacobs:
Ik roep hierbij de heer A. Jochems ter ver-antwoording in verband met zijn
houding omtrent de werkloosheid van woonwagenbewoners.
In de Stem van zaterdag 23 maart jongstleden stond het volgende te lezen:
'Tijdens de laatste vergadering van het algemeen bestuur van het Woonwagen
schap Breda vermeldde de agenda als eerste punt een toelichting op de werk
gelegenheidssituatie onder de woonwagenbewoners. Blijkbaar vonden niet alle
bestuurders dit onderwerp even belangrijk. Wethouder Jochems uit Zundert die
bij de behandeling van de agenda al liet blijken van toeten noch blazen te
weten, verliet het gemeentehuis te Ulvenhout al bij de toelichting.'
De heer A. Jochems vertegenwoordigt de gemeente Zundert bij bijeenkomsten
en vergaderingen. Indien de vergaderingen hem niet interesseren, moet hij
daar ook niet naar toegaan. Het is gewoon een kwestie van fatsoen indien men
op een vergadering verschijnt, dat men daar ook aanwezig blijft. Dit is
volgens de krant blijkbaar niet het geval, en dat u nergens van wist. Dat
is een kwalijke zaak.
De heer A. Jochems:
Ik heb de betreffende vergadering gedeeltelijk bijgewoond. Na het aanhoren
van een van de drie sprekers, moest ik de vergadering in verband met ver
plichtingen elders verlaten. Met mij verlieten ook op datzelfde moment nog
drie andere heren de vergadering.