- 14 - sluit ten behoeve van het perceel van de heer Maas. Wat is overigens het antwoord op mijn vragen? De voorzitter: U krijgt hierover in latere instantie antwoord, met name met betrekking tot de bouwvergunning. De heer Arnouts De voorwaarde van de afbraak van de garage is in de betreffende correspon dentie vermeld, terwijl het bouwplan betreft een winkel in de Molenstraat. Naar mijn mening is daarover in het verleden nooit een bijdrage grote wer ken gevraagd. Waarvoor zijn deze bijdragen nu bestemd, gelet ook op het feit dat het perceel aan de rijksweg grenst. De voorzitter: Daarover kan ik u nog geen informatie geven. De bijdrage 'grote werken' wordt blijkens de informatie van de secretaris overigens altijd geheven. De heer Marijnissen: Mijn opmerkingen betreffen allereerst het bouwplan van de tennishal. Het blijkt dat zowel de ondernemer als de gemeente niet voelt voor mijn sugges tie de situering van de tennishal te draaien en op de strook grond aan de Leeuwerikstraat een aantal woningen te projecteren. Ik wijs er op dat bij het niet volgen van deze suggestie de gemeente 2 ton laat liggen. Dat is bijzonder jammer, omdat de lasten van de ondernemer daarmede worden gedrukt. Omtrent het bouwplan van de heer Maas, waarover de heer Arnouts al sprak, merk ik op, dat onze fraktie het niet eens is met de gestelde voorwaarden. Derhalve dient in het voorbereidingsbesluit de genoemde voorwaarde te ver vallen. De sloop van een 6 jaar oude garage is een voorwaarde van het col lege aan de medewerking van het bouwplan. Dit is onredelijk, temeer omdat betrokkene de bereikbaarheid aan de achterzijde van het perceel op een an dere manier wil garanderen, door van de ene garage een carport te maken. Het argument van het college dat bij handhaving van de garage de welstand van de andere garages aan de Kastanjelaan tekort doet is gewoon onzin. Van de noodzaak tot sloop van de garage ben ik niet overtuigd zodat deze in het voorbereidingsbesluit dient te vervallen. De voorzitter: Omtrent de tennishal merk ik op dat ook hier slechts het voorbereidingsbe sluit daarvoor aan de orde is. In een later stadium wil ik nogmaals uw sug gestie beoordelen. Hiertoe ben ik nog niet in staat geweest. Overigens wijs ik er op dat een voorbereidingsbesluit nooit met voorwaarden wordt genomen. Slechts bij een bouwvergunning, die nog moet worden verleend, kan men bij de raad in beroep gaan. De juridische weg is als volgt, dat het college middels een voorbereidingsbesluit de mogelijkheid verkrijgt iemand voor een bouwplan, dat afwijkt van de geldende bestemming, bouwvergunning te verlenen. Indien de bouwvergunning niet volgens de wens is kan betrokkene beroep in stellen bij de gemeenteraad en zonodig Arobberoep bij de afdeling Recht spraak van de Raad van State. Zo moet de beroepsgang worden gezien, anders ontstaan verhalen dat bouwvergunningen met een voorbereidingsbesluit worden verleend of dat een voorbereidingsbesluit met voorwaarden wordt genomen. De heer Arnouts Dit is tijdrovend, een gedeelte uit de raad maakt nu daarover reeds opmer kingen. Het college moet daarmede rekening houden. Indien zulks niet ge beurt, dan komt de heer Maas vanzelf in beroep bij de gemeenteraad. Maar ook hier geldt het gezegde: voorkomen is beter dan genezen. Het is dus gemakkelijker reeds nu met de opmerkingen rekening te houden. - de voorzitter -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1985 | | pagina 102