- 3 -
De voorzitter:
Op uw verzoek zal het kollege zich beraden. Er zal zeker neer gelegenheid
worden geboden de stukken te bestuderen.
De heer Hoekman:
Uw argument dat u maar gedurende 1 uur de stukken kunt inzien is maar een
flauw argument. U kunt immers altijd nog kontakt opnemen met de sekreta-
ris of met de behandelende ambtenaar. Er is dus altijd de mogelijkheid om
'savonds de stukken in te zien. Hiervan hebt u echter geen gebruik willen
maken.
De heer Marijnissen:
Ik heb deze gedragslijn tot op heden gevolgd, omdat ik hiervoor de mede
werking verkreeg van de sekretaris, hiervoor mijn waardering.
Ik meen echter dat zulks niet voor iedereen geldt. Ik vind het voor ieder
raadslid een principieel recht dat inzage goed moet zijn geregeld en dat
zulks niet mag afhangen van iemands goede wil.
De heer Hoekman:
Ik verlang van u openheid omtrent uw stelling dat zulks niet meer moge
lijk is.
De heer Marijnissen:
Ik meen dat u mijn stelling inhoudende een recht van een goede regeling
van inzage van raadsstukken, niet vat. De raadsleden moeten daarbij niet
afhankelijk zijn van de goede wil.
De voorzitter:
Zoals gezegd zal het kollege hieraan aandacht besteden.
De sekretaris:
Ik merk op dat de regeling van inzage in overleg met mij of mijn ver
vanger geen probleem behoeft te zijn. Het is erg jammer dat het per abuis
vorige week anders mis gelopen is te betreuren. Daaraan kan ik nu niets
afdoen. De behandelende ambtenaar meende dat alleen de maandagavond voor
inzage beschikbaar zou zijn.
Overigens stel ik het op prijs op de hoogte te zijn van de gang van zaken
in het gemeentehuis.
De heer Marijnissen:
Ik sta op een voldoende invulling van het genoemde principiële recht van
inzage; dat is thans onvoldoende geregeld.
De sekretaris:
Ik heb er recht op ,op de hoogte te zijn van de gang van zaken in het ge
meentehuis
De heer Marijnissen:
Indien ik op het gemeentehuis kom dan meld ik u dit. Dat is nooit anders
geweest. Er stond in de raadsstukken aangegeven dat zij op maandagavond
van 19.00 tot 20.00 uur konden worden ingezien, en verder niets. Daarin
wil een principiële verandering aangebracht zijn. Ik wil tijden en een
recht hebben om stukken in te zien.
De sekretaris:
Overigens zijn de tijden van inzage van stukken in overleg met de raad
afgesproken en vastgesteld.
De heer Marijnissen:
Dat zal ver voor mijn tijd geweest zijn.
-Vervolgens-
