- 21 -
zijn met een gelijke toestand.
Het is op zijn plaats dat men zich tot de raad wendt met een verzoek. Ik
vind dat dat toch eigenlijk wel een beetje lang geduurd heeft. Was er
geen mogelijkheid geweest om dat onderhoud eerder op te knappen?
De heer Marijnissen:
Om te beginnen is het zo dat de heer Damen zijn klachten geuit heeft een
groot aantal maanden gelëden; ik denk ongeveer een half jaar. Naar
aanleiding daarvan zijn er wat maatregelen genomen, maar deze zijn niet
afdoende ofwel onvoldoende. Het is terug te brengen tot wat nalating-
heden die gebeurt zijn tijdens de bouw, want het is een vrij nieuwe
woningwetwoning. Ik zou dan ook vanaf deze plaats willen vragen of er
toch ten aanzien van toezicht nog eens extra gepraat wordt met die
mensen, die het toezicht bij de bouw van de gemeentewoningen uitvoeren;
toch nog eens een keer extra aandacht op die dingen te doen, te laten
uitvoeren, daar waar het hier door ontstaan is. Wat is namelijk het
geval. Het is dus zo, er zit isolatie in de muren.
We hebben het in heel veel huizen gedaan. Vaak is het zo, en daar zijn
ook rapporten van, dat in de beginperiode, toen men begon met isoleren,
dat de kwaliteit van het isoleren niet datgene is wat men ervan ver
wacht en waar men voor betaald heeft. Dan blijkt dit, het betreft een
muur staande op een westgevel, waar ontstellend veel water en wind
tegenaan komt, die wordt er in gedreven, er zijn klachten, er ont
staat schade, het wordt onderzocht; dat er dan afdoende maatregelen en
middelen genomen worden. Het is denk ik ten aanzien van het probleem van
de heer Damen, zo dat de hele muur behandeld moet worden, niet alleen
aan de buitenkant, maar ook aan de binnenkant, maar als de mensen met dit
soort klachten komen in zulke nieuwe woningen, want de woning staat er
hooguit drie vier jaar, dan moet ook onmiddellijk via de aannemer,
(want ik denk dat de aannemer aansprakelijk is in dit geval)ook afdoende
maatregelen genomen worden. Dat het niet zo is, één keer wat doen,
maar kijken hoever het gaat en of dat ze niet nog een keer komen klagen
en weer wat doen.
Nee, mijnheer de voorzitter, zo moeten dit soort zaken niet behandeld
worden, het moet in één keer goed onder handen genomen worden, want anders
vervalt straks de termijn van aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid.
Ik hoop dat er op korte termijn iets aan gedaan wordt, iets afdoende aan
gedaan wordt, en dat we als raad een mededeling krijgen van hetgeen dat
er precies gebeurd is.
De voorzitter:
Ik ben het eigenlijk met u allebei eens. Het is namelijk zo mijnheer
Arnouts, dat deze zaak hier al een half jaar ligt; dat kan ik niet zo goed
begrijpen, maar dat zal dan wel. Maar daar zit een man en die huurt een
huis van de gemeente.
Daar is toezicht op geweest bij de bouw. Nu heeft deze man toch een
vochtdoorslag gehad. Nu is de vraag eenvoudig deze: aan wie ligt dat alle
maal
Vervolgens wat gaan we er aan doen. Ik weet een ding zeker, wij moeten als
eigenaar van dié woning iets aan doen, zodat die man afdoende geholpen is.
Ik kan daar nu eigenlijk niets van zeggen want ik weet eigenlijk nauwelijs
waar het over gaat, maar ik vind wel dat een eigenaar, of dat nu een ge
meente is of een particuliere eigenaar, te zorgen heeft dat die woning in