De heer Marijnissen: Ik hoop dat de ambtenaren in de gaten zullen krijgen, wat het nieuwe beleid van het kollege zal zijn. De voorzitter: Deze onbehoorlijke opmerking past u niet als oud-wethouder. Omtrent mededeling nr. 8 De heer Domen: Naar mijn informatie is de hr.d.Meyer nog niet van het betreffende ad vies op de hoogte gesteld. Ik verzoek u zulks zo mogelijk te doen. U weet de omstandigheden waaronder betrokkene met 6man personeel moet werken. Derhalve is het zaak daaraan ten spoedigste iets te doen. De heer van der Kloot: Ik ben wel blij met het positieve advies, maar ik kan eerlijk gezegd geen peil meer trekken op het beleid dat door de gemeente thans wordt gevoerd in dit soort zaken. Vandaag is dit beleid zo, morgen is het weer anders. Wat de een maar half en met veel moeite wordt gegeven, krijgt de ander met beide handen. Het wordt tijd dat we ons daarop bezinnen. In dit verband vraag ik dan ook of de kommissie Ruimtelijke Ordening zulks kan voorbereiden. Dit is geen beleid. De voorzitter: Met genoegen, want het ergert mij al jaren dat terzake een zig-zag- koers wordt gevaren, waarbij de een alles mag en de ander niets. Het lijkt mij een juist uitgangspunt van het beleid van het nieuwe kollege dat het de vergunningen verleent en weigert overeenkomstig de wet en niets anders.Het wordt immers tijd dat men zich houdt aan raadsbesluiten. Een bestemmingsplan betreft immers een raadsbesluit, maar dit wordt naast zich neergelegd. Als iemand bouwen wil, dan wordt daaraan medewerking verleend. Het lijkt nergens naar. In dat opzicht ben ik het graag met u eens. Daarover moet nodig eens worden gepraat. De heer van der Kloot: Ik hoop dat het nieuwe kollege zich hierover buigt. De voorzitter: Daaraan twijfel ik geen moment, want ikzelf zal dat inbrengen. Omtrent mededeling nr. 10: De heer Doornen: In verband hiermede wil ik terugkomen op hetgeen in de begrotingsver gadering terzake is behandeld. Het toen genomen besluit vind ik on gehoord. Zulks had verwerkt kunnen zijn in een voorstel, waarin een en ander was aangegeven. Dan had de opbouwwerker zelf zulks niet van af de publieke tribune te vernemen. Zulks is thans wel gebeurd. Dit vind ik betreurenswaardig. -23-

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1983 | | pagina 263