tegemoet te komen. Er is dan immers betaald en afgerekend.
Het terzake gestelde in de vorige vergadering onderstreep ik.
Dit standpunt wordt ook de heer Jochems gedeeld.
Mevr. Grooten:
In de vorige vergadering heeft onze fraktie duidelijk gemaakt
op welke gronden zij niet voor het toenmalige voorstel wilde stemmen.
Hierbij wil ik duidelijk maken dat ook in het alternatieve voorstel
de mogelijkheid van inspraak en overleg wordt gemist.
Zoals de heer Zeldenrust in de voorbespreking heeft gesteld, is het
de bedoeling dat gedurende het uitstel openheid en overleg zal
worden betracht. Dit vindt onze fraktie van fundamenteel belang.
Een tweede opmerking betreft onze stelling dat wij niet kunnen beslissen
en niet dat wij tegen een weg zijn. De fundamentele vraag hierbij is
of er wel een weg moet komen. Het antwoord hierop is er niet.
Er is immers niet uitgezocht welke mogelijkheden er zijn voor be
drijf soverplaatsing. Ik zou dit punt gaarne uitgezocht willen zien.
Anders gezegd zou het kollege opdracht moeten worden gegeven dit
alsnog te onderzoeken, en een aanvullend rapport uit te brengen. Hier
voor kan de termijn van uitstel worden benut. In dit kader ondersteun
ik gaarne het voorstel van de fraktie Agrarisch Belang tot aanhouding
van de beslissing.
Onze fraktie kan dan tot een juiste belangenafweging komen.
Dan kan onze fraktie bepalen of men al dan niet voor een weg is.
De heer van de Kloot:
De woorden van "uitstel en inspraak" verdragen zich slecht met elkaar,
omdat we leven in een tijd dat indien vandaag nog geld beschikbaar
is, dit morgen voor andere doeleinden nodig zal zijn.
Niemand kan bij mij de vrees wegnemen dat dit ook in dit geval zo zal
zijn.
Ook wijs ik op het aspekt van de verharding van de Hofdreef dat straks
niet meer aan de orde zal zijn. Derhalve stel ik duidelijk dat ik het
voorstel van de fraktie Werknemersbelangen ondersteun.
De heer Domen:
Ik verklaar bij deze het voorstel van de fraktie Agrarisch Belang tot
uitstel van de beslissing te ondersteunen, een en ander echter wel
met het doel de kwestie te bespoedigen.
In dit verband verheugt het mij dat er mogelijkheden voor inspraak
aanwezig zijn. Dit aspekt was de vorige keer niet aan de orde en heb
ik toen gemist. Dit is echter wel belangrijk voor een belangenafwe
ging.
De heer Arnouts:
Omtrent het gestelde van de heer Marijnissen inzake mogelijke toekenning
van extra bijdragen verzoek ik u aan te geven of zulks ook inderdaad
mogelijk is. Kan dit niet, dan maakt men iemand blij met niets.
Nogmaaals gesteld ondersteund onze fraktie het voorstel tot aanhouding
van de beslissing.
De voorzitter:
De heer Marijnissen heeft terzake alleen maar een suggestie gedaan en
niet meer dan dat.
-7-
