-21-
tracé via Stuivezand de provincie niet veel bezwaren heeft, als het ten
minste maar van meet af aan als zodanig wordt aangemerkt.
Ik vind het voorts een kwalijke zaak, dat wethouder Jochems op de hoogte
was, maar deze heeft daarop echter niet ingehaakt; ook heeft hij deze
kwestie zelf niet in de openbaarheid gebracht.
Dan zouden wij inspraak gehad kunnen hebben. Daarop had ik echter graag
van deze fraktie een antwoord gehad.
U geeft zelf aan dat de gemeente de weg voor niets krijgt, doch dat de
gemeente voor het onderhoud moet zorgen. Indien zulks het geval is, dan
betekent het wijzigingsvoorstel dat de weg ca. I5 km. korter is.
En hoe korter des te minder de onderhoudskosten. Deze kosten moeten immers
door de onroerend goedbelasting worden opgebracht. Hierop heb ik
u geen antwoord horen geven. Ik heb voorts vragen gesteld, waarop u ook
geen antwoord hebt gegeven.
Ook vind ik het verhaal van de wethouder Marijnissen erg leuk, hij stelt
dat indien de provincie te weinig zou geven, de gemeente de rest wel zal
bijleggen.
Dat zijn naar mijn mening beloftes die nergens op slaan. Geeft u hierop
maar antwoord, wethouder.
De voorzitter:
Dat kan niet, want u bent aan het woord. Overigens verzoek ik de aanwe
zigen op de publiektribune stil te zijn.
De heer Arnouts kan verder gaan met zijn betoog. Dit is niet het ge
val, de wethouder zal misschien straks antwoorden.
Mevr. Grooten:
Onze fraktie vraagt zich af waarom er zo'n groot verschil ligt tussen
de coalitie en de oppositie, terwijl de agrarische fraktie al sedert
30 juni 1982, volgens de mededelingen, op de hoogte was van het tracé
terwijl de zaak ons overvalt.
Ik vind dit een zeer vreemde zaak. Ik blijf derhalve stellen dat het
kollege al heel lang van een aantal zaken op de hoogte was, en daar
bij betrokken was. De raad had hier in een veel eerder stadium bij be
trokken moeten zijn. Voorts heeft onze fraktie gesteld, dat geen stand
punt kan worden ingenomen omdat we niet beschikken over voldoende gege
vens over de vraag of er al dan niet een weg moet komen. In het gehele
rapport is niet terug te vinden de antwoorden op de vragen: wat is er
bestudeerd, wat is er gedaan aan de overplaatsing van de bedrijven.
Daarom hebben wij gezegd, zolang deze zaken niet goed zijn uitgezocht,
geen standpunt voor of tegen de weg in te nemen. Ik heb alle betogen
van de frakties gehoord. Ik hoor hen allemaal zeggen dat er een weg
moet komen. Waarschijnlijk zal echter geen enkele fraktie met ons mee
gaan in ons verzoek tot het houden van een aanvullend onderzoek. Ook
ikzelf heb met gedeputeerde Van der Heijden gebeld, Deze heeft het
volgende gesteld, in verband met andere mogelijke plannen:
"Wij hebben ons te richten naar de plannen die we uit Zundert ontvangen.
Dit is ons voorbereid plan. Zundert moet het aannemen of verwerpen, of
een alternatief naar voren brengen. Wordt een alternatief naar voren
gebracht, dan zullen we daarmede moeten verder werken. Dit behoort ook
inderdaad tot de mogelijkheden. Nu onze fraktie geen inzicht heeft in
de verplaatsing van de bedrijven, die naar onze mening veel essentiëler
is dan de aanleg van de weg, laat ik straks mijn stemgedrag daardoor
bepalen.
De heer Doornen:
Meneer de voorzitter, ik wil ingaan op het door u gestelde dat de raad
op de hoogte was. Ik vond dit zeer vreemd. Volgens de beschouwingen,
-22-